Een dikke week corontaine

Het is aanpassen. Verder zal ik u niet vervelen met dingen die u zeker ook al weet. Anders is er nog altijd de experten-pagina Facebook. Hoewel ik er nu heel veel aan heb, probeer ik er toch maar geen Fakebook van te maken.

Dit is echt en serieus. Maar oké, ik leef nog! U ook, hoop ik. Meer nog, ik hoop dat u vooral gezond bent en blijft.

Er is veel te doen als ik hier binnen eens rondkijk. Is u dat ook al opgevallen? In uw huis dan wel te verstaan. Het is een ander gevoel dan voorheen, toen stelde ik dingen uit en voelde me daar soms een beetje schuldig over, want ik had toch tijd genoeg en deed er niks mee. Maar nu kan het me vaak niet schelen wanneer wat gebeurt en zie … ik kom in actie. De was is bijna helemaal gedaan, ik heb nog zoveel mogelijk aan de kant geholpen en nog meer van die saaie dingen waar Ben Crabbé het heen-en-weer van krijgt, als iemand dat op Facebook zet.

Weet u wat? Ik vertel u in beelden en zo weinig mogelijk woorden (oei 🤔😉)


Werelddownsyndroomdag en Dag van de Afschaffing van de Rassendiscriminatie.

Mijn bijna dagelijkse rondje op sociale media. Kleine Whatsapp-groepen en een Messenger groep. Er is een M met een jarig kleinkind. Hoe mooi is dat. Ik kreeg ook nog enkele mooie reacties op een mail van mij naar mede-cursisten van de vervolgcursus schrijven. Echt tof, want we hadden samen nog maar één les doorgebracht. Anders waren we nu al gewoon aan elkaar, maar toen kwam De Bitch. En dan de lotgenoten nog. Er is angst, er is onzekerheid, er is … u hebt het ook al wel gehoord over de spoedafdelingen wat er gebeurt wanneer er te weinig bedden zijn … dat dus. We zijn voorzichtig!

Het is mooi weer, het is prachtig weer. Het is lente, dat voel ik aan mijn kriebelende ademhalingsinstrumenten. En nog wat meer. Zo af en toe ruik ik weer wat. Niet veel en niet lang maar het is er!

Ik had telefonisch contact met mijn vader. Hij maakt het nog goed, maar ik voel toch een beetje ongerustheid. Zal ik vanavond eens klappen voor mijn zus die van op afstand nog alles goed in het oog houdt? Overigens voor nog anderen die nu toch blijven ZORGEN. Zorg is een heel breed begrip.

Hamsteren, we doen het beter niet. Wat heb ik nog in huis? Dat is nu zeker een goed idee om dat te verwerken in eetbare voeding. Een ei, havermout, sojamelk en een beetje bloem en achteraf in de pan met olijfolie en hupsakee ik heb weer wat tussendoortjes. Pudding vind ik soms ook wel lekker. Dat stond op de verpakking hoe dat moest en toen hupsakee vijf potjes. Er zal nog wel wat volgen in de loop van de weken. Vooraf al in huis gehaald hé, niets gehamsterd nu.

Pudding, per ongeluk lactose en glutenvrij

Dat was nog geen echt avondeten. Steunen van de lokale ondernemingen vind ik ook een goed idee. #kooplokaal. Laat ik nu toch een Griekse buurvrouw hebben met een eethuisje hier dichtbij. Morfo ! Momenteel enkel afhalen met respecteren van de afstandsregels.

Vegetarische moussaka van Morfo. De lekkerste ooit.

En hupsakee, ik heb warm eten voor twee dagen. Ik zal morgen wel langs het supermarktje gaan (dacht ik gisteren want ik schrijf dit vandaag). Dat is intussen gebeurd. Voor enkele dagen, zonder hamsteren. Elke dag daarheen lopen hoeft nu ook weer niet. Als ik voor donderdag mijn vuilzakjes maar heb. Vergeten natuurlijk!

– En dan heb ik nog geapplaudisseerd om 20u. U toch ook? Ik vind het een positief gebaar van appreciatie, ook al weet ik dat het applaus alleen niet volstaat.

– Ik zal dan nog een verhaaltje lezen, voor u en u en ook omdat ik mijn eigen stem anders niet meer herken over een paar weken.

Verhaal uit ‘Iedereen was er’ van Toon Tellegen. Iets over de mier op reis. 🙂

Ik blijf verder binnen vandaag. Afstand, als u niet in uw kot bent. Alstublieft!

Hoe gaat het met U?

En toen … wist ik niet meer wat wel en wat niet.

En toen stelde ik me voor hoe het zou zijn als ik wist wat ik allemaal niet wist.

Bijvoorbeeld van automotoren weet ik niets, ik vul alleen wat water bij af en toe als de sproeier van de ruitenwisser me droog water geeft. Dat weet ik dat ik dat niet weet.

Maar hoe zou het zijn om echt te weten wat ik niet weet?

Als ik dat maar eens wist, dan zou ik het kunnen opzoeken.

Of neen, of ja, ik zou ook het woordenboek kunnen opendoen en beginnen met het eerste woord. Dat zal vast beginnen met de ‘a’.

Of neen, of ook, ik zou zomaar een nog ongelezen boek uit mijn boekenkast kunnen nemen en onderzoeken of ik alles daarvan weet. Interessant toch om na te gaan of je écht alles weet wat je leest ook al versta je wel wat je leest. Ik las bijvoorbeeld het boek “De supersamenwerker” en ik verstond het maar daarom wéét ik nog niet alles wat ik gelezen heb. Nu weet ik tenminste dat ik dat niet allemaal weet. Overigens, supergoed boek! #desupersamenwerker.

Wat heb ik vandaag gelezen? In een boek over taal (“Een slipje van de sluier” van Genootschap Onze Taal) las ik vanmorgen over twee-eiige tweelingwoorden. Een voorbeeld: ‘De dokter heeft me onderzocht met zijn horoscoop.’ Het tweelingwoord is natuurlijk stethoscoop. Het gaat over woorden die in vorm deels overlappen en ook in kenmerken overeenkomen waardoor ze gemakkelijk verwisseld kunnen worden. Deze twee woorden hebben drie lettergrepen, met klemtoon op de eerste. Deze eerste lettergreep is overigens het enige verschil tussen de twee woorden. Ook al verschilt de betekenis volledig. Een ‘slip’ is snel gebeurd.

Een Romeinse ‘slip’ …

Wat weet ik nóg niet? Als ik dat toch maar eens wist. Er is een verhaal. Een verhaal over een handdoek. Die handdoek hangt nu buiten, met ‘van harte bedankt’ op. Ik hoop dat de steen en het overvolle potje rosmuntjes stevig op de handdoek blijven staan.

Hoe kom ik aan die handdoek? Ik weet het, straffer nog ik weet zelfs dat ik het weet. Het korte verhaal van de handdoek. Dat begint in Kreta. In ik weet niet meer welke zomer (zie nu!) is het overal met me mee gereisd. Ik logeerde ergens in Frangokastello. De accommodatie was top. Niets te klagen. Het was heerlijk eenvoudig. Ook de handdoeken. Vooral deze handdoek. Hoewel ze proper was, was het niet zo aangenaam om aan te voelen, na douche, ook al kan het geen kwaad om de huid eens stevig te scrubben. Ik nam ze al eens mee op daguitstap. Altijd makkelijk om bijvoorbeeld op de zit van autostoel te leggen. Zo’n harde badstof absorbeert al wel eens wat zweet. De handdoek heeft meer gezien van de wereld dan haar ‘collega’s’. Toen ik die zomer thuis kwam van mijn Kreta-reis, kwam ze ineens tevoorschijn bij het uitpakken van mijn valies. De handdoek is altijd bij mij gebleven. Nu valt me in dat ik sinds die reis daar niet meer geweest ben. Zeer zeker zou ik die weer meegenomen hebben en teruggegeven. Ook al is ze nu oud en grijs, gebruik ik ze bijna niet meer, zelfs niet als poetsdoek, ze blijft bij mij. Men weet nooit waartoe ze nog kan dienen. Bij deze dus … blij dat de Frangokastellaanse handdoek nog op zo’n solidaire manier kan dienen.

Vindt u ze, de twee-eiige tweelingwoorden?

Weet u dingen die u niet weet?

Laat me niet lachen – eerste deel

Vooraf zet ik enkele foto’s uit het boek, dan pas de geluidsopname. Dit boek is van James Stevenson.

Meneer Krokant leest de regels voor.
De beertjes die niet lachen.
‘Ik ben Pierre de perfecte ober.’
Olieventje is verkouden.

Hebt u gelachen??

Het nieuwe normaal?

Het is toch even wennen, zelfs voor een enkeling als ik.

Er is meer tijd zou u kunnen denken, toch is dat niet zo. Evenveel als ervoor maar ik moet u niets vertellen dat u al allemaal weet.

Hoewel ik probeer om een béétje minder achter het scherm te zitten, blijven de mooie dingen wel bij. Wat mensen doen in deze nieuwe situatie, foto’s die ze posten, allerlei solidaire acties, … Humor doet het ook goed. Dat kriebelt bij mij om te reageren …

Tijden van verwarring en onzekerheden, brengen me ook dichter bij dankbaarheid. Het kan zo eenvoudig zijn. Ineens is er aandacht voor kleine dingen. Bijvoorbeeld in het postkantoor of in de supermarkt en op straat.

Vanmorgen was ik even buiten, naar het postkantoor. Daar stond een wachtrij tot buiten. Maximum 3 mensen, denk ik, mochten tegelijk binnen zijn met tussen de wachtenden de vereiste afstand. Dat ging lekker vlot. Er stond iemand bij de deur die de mensen één voor één binnenliet en een volgnummer gaf. Ook aan het loket moest de nodige afstand bewaard blijven. Een tape op de vloer gaf aan tot waar je mocht komen. Ik ging om een pakje af te halen. De code op mijn gsm was nodig. Die moest ik op de tafel leggen zodat ik achter de lijn kon blijven. Min of meer toch. Eén en halve meter lange arm heb ik niet. Ik kan nog net krabben aan de jeukerige stukken vel van mijn lijf. Elke patiënt die deze bijwerkingen van de therapie heeft  (niet voor Covid19 voor alle duidelijkheid) kent het gemak van een arm die lang genoeg is. Anderhalve meter daarentegen … ik zou het wel weten.

Het personeel had mondmaskers aan. Toch wel geruststellend vind ik. Naar het schijnt, ik gelezen en gehoord heb, is de kans om iemand te besmetten dan een stuk kleiner. Om besmet te worden iets minder. Het hangt zeker af van de kwaliteit en de afsluiting rond mond en neus. Daar weet ik niet genoeg over.

Deze voormiddag ben ik boodschappen gaan doen. Dat doe ik om de paar dagen, omdat ik niet wil hamsteren. Lange wachtrij. Het ging vrij vlot. Met mijn papieren zakdoek voor mijn mond ben ik blijven wachten. Ook weer met de nodige afstand. Men weet maar nooit in deze tijden natuurlijk. Alles wordt nog onvoorspelbaarder. Ik probeer er maar niet teveel aan te denken. Toen ik thuis kwam, ontdekte ik dat ik de gft afvalzakjes vergeten was. Die moet je aan de kassa vragen en daar wilde ik zo snel mogelijk weg uit respect voor de kassamedewerker. Totaal aan mijn brein ontsnapt. Op mijn briefje, dat ik deze keer wél bij had, stond het wel! Voor de volgende keer dan maar.

Twee maal bedankt alvast, aan de postbedienden en de mensen in het supermarktje. Ook voor de postbode, ik krijg nog steeds post. Drie maal dus. Oh en voor de chauffeurs die verder blijven rijden. Ze beloven, die regering althans, dat de voorraden aangevuld zullen blijven. Daarvoor hebben we de chauffeurs hard nodig!

De voormiddag was nog niet voorbij. En nu? Beweging! Maar even niet naar buiten. Het dichtste bij buiten zijn de ramen. Die zijn vuil, heel vuil. Vooral aan de achterkant. Dan maar ramen gelapt. Dubbel gelapt. Dat heb je van al dat fijn stof, het werd zelfs niet door de veelvuldige regen van de afgelopen weken weg gespoeld, wat natuurlijk niet de enige reden is …

De mondmaskers. Die houden me bezig. Ik vraag me af of de mensen die ik ze zie dragen, een aandoening hebben waardoor ze kwetsbaarder zijn voor het virus. Alle begrip. Als het moet en voor de beweging kom ik zelf ook buiten, zij het niet zo lang, maar ik doe het. Zolang er afstand is, ben ik niet ongerust. Gisteren bijvoorbeeld, ben ik even gaan fietsen. In de parken is er wel meer te zien. Als u een bankje kan bemachtigen, is het voor u alleen, tenzij het langer is dan anderhalve meter. Het is niet om te lachen maar ik denk nu spontaan dat ik dan in het midden zou gaan zitten. Plaats genoeg 😉 Tenzij u met mensen onder hetzelfde dak bent, natuurlijk, dan mag u misschien zelfs op elkaars schoot gaan zitten.

’s Morgens is mijn energie op z’n best. Gelukkig dat ik al die dingen dus gedaan heb. Als ik in de namiddag gerust heb (ik voel me ineens heel oud terwijl ik dit schrijf) is de zin voor veel actie er niet zo. Ik had bezoek van de Collega’s vandaag en van kapitein Zeppos. Eindelijk zie ik hem eens. Het was net voor mijn tijd (dus toch nog niet zo oud … ).

Er zit nog een andere blog in mijn hoofd, maar die wil er nog niet uit. Goed, zolang er nog woorden zijn die mogen samenscholen …

Oh ja, ik heb ook nog wat verhaaltjes ingelezen … ik zal ze verzamelen in een aparte rubriek. Hier alvast een begin.

Voorlezen

Aangezien ikzelf niet zoveel praktische dingen kan doen voor een risicopersoon – zelf tot een zekere hoogte risicopersoon en hoofdzakelijk thuis – probeer ik verhaaltjes te lezen. Voorlezen dan wel te verstaan. Het is een begin.

Ik koos voor Toon Tellegen . Ik wil dit verder proberen, ook andere dingen zoals gedichten, een kinderverhaaltje, iets ludieks. Misschien iets dat ik zelf geschreven hebben, als ik durf … Eerst wat oefenen, u mag mijn testpubliek zijn 😉

Hier alvast de eerste uit ‘De ontdekking van de honing’ van Toon Tellegen …

Eerste verhaal

Veel plezier ermee.

De zevendagenweek

Toen hij in de maak was, die onzin die ik hier en daar al eens graag spui, over elke dag van de week, wist ik niet dat mijn agenda er zo leeg zou uitzien. Desalniettemin (zei ik al eens hoe ik van dat woord houd?) geef ik ‘m, integraal. Het rijmt soms, soms niet, er zit helemaal geen structuur in. Het is gewoon een – voor mij nogal normale – kronkel van het brein die zich liet horen:

Het begint met zondag, dan hebt u nog twee dagen tijd om een plekje op een meter afstand van iedereen te gaan zitten en lezen.

Zondag is rustdag, zo wordt gezegd.
Ik zeg niets, schrijf niets, doe wat af en aan, doe niks af en aan.
Het gaat zo zijn/haar gangetje. Plannen worden uitgevoerd, geen plannen worden – natuurlijk – niet uitgevoerd. Wat moet je ermee?
Misschien ligt er nog wat te strijken van gisteren uit de was?
Of zou ik toch al … ? Neen, het is zondag, de perfecte dag om languit voor tv te liggen, zitten, hangen en zonder schuldgevoel te kijken.
Wat zou ik eten vanavond?

Maandag, wat is dat voor een dag,
Nochtans toch al de tweede,
Van de week, van elke week
Fijne week gewenst, al wakker?
Het zou nog wat zijn als ’t een blauwe maandag was,
Bij zo’n grijze echter …
Nog niet klaar voor het volgende
Nog niet klaar met het vorige
Maandag is het plakje beleg van een sandwich
Als je ‘m opendoet plakt het ding maar aan één kant.

Dinsdag vind ik een mooie naam voor een dag.
Niet lui, niet hyper. Net actief genoeg
Met een frisse wakkere toets
Niet meer zo vlak na het weekend
Nog niet uitkijkend naar het volgende
Zo een dag om iets te doen waar ik gisteren nog niet klaar voor was
Nog tijd om het tot woensdag uit te stellen.
Dinsdag is een dag van keuzes
Elke week opnieuw…

Woensdag is de middendag
Drie ervoor en drie erna
Wat gisteren mogelijk was
heeft vandaag haast
denk ik toch.
Het lijkt wel opvuldag,
een beetje dit doen,
dat moet ook nog af
nog wat anders, al aan beginnen
zo in het midden, vis noch vlees .

Je zou toch donder verwachten zo op die vijfde dag,
Misschien dat het in Keulen nog wel eens gebeuren mag
Dan toch niet zo’n misse naam
Toch, zover na die keuzes en dat uitstellen
Het moet, ik doe het, voilà!
Deze dag, zo net nog geen weekend
Vandaag is de verplichting alleen van mij
Morgen is vandaag voorbij
Donderdag, dat was je dan.

Eindelijk is het vrijdag, die donderdag voorbij,
Maar wat betekent dat, dat VRIJ, zowel voor u als mij,
Een bijwoord, of een adjectief,
vervoeging van een werkwoord nog wel,
Hoewel ik dat niet werken vind,
Da’s wel privé, dus hier niet van tel …
De ene zit al in de stress, wat te kiezen, ik ben al moe!
De andere laat het lekker hangen
De sofa draagt ‘m wel. Doet niet mee aan dat gedoe.
En als het er dan toch van komt, genieten dubbel hard
Die vrijdag, actief of net passief, het is een dag apart.

Zaterdag is het druk, zo’n dag dat alles wat niet gebeurd is voor morgen nog moet.
Echt veel te doen. Boodschappen, hobby’s van deze en/of andere, de was, misschien al de strijk, krant alvast wat lezen, opruimen, poetsen want de poetsvrouw/man heeft misschien last van Corona (de bitch), klusjes, hebt u de lente al gevoeld?, auto wassen, …
Ik sta erbij en ik kijk er naar. Soms doe ik zelfs mee.

Natuurlijk slaat dit alles nergens meer op na het nieuws van gisteren, dat waarschijnlijk om de halve dag of meer nog verandert. Alvast goede moed en binnenshuis relativeringsvermogen.

Hopelijk brengt deze onzin een beetje verlichting. Wat kan u afleiden?

Ik voel me zo in CoroNtAine.

Misschien zal het voor u lijken alsof ik er een loopje mee neem maar niets is minder waar. Minimaliseren al zeker niet. Panikeren, mijn Facebookpagina vol te zetten met waarschuwingen – hoogstens aanvaardbare mopjes – die toch al iedereen gelezen en al dan niet goedgekeurd heeft, met mondmasker lopen of wat dan ook, weiger ik te doen.

Hoe was het leven ook alweer vóór de uitbraak van ‘De Bitch’ – staat u me deze benaming toe aub. Betalingen gingen ook al met de bankkaart, behalve waar het echt niet kon. Dat bracht me wel eens in een benarde situatie bij de fietsenmaker hier dichtbij. ‘Cash alleen mevrouw’ en ‘U kan daar geld afhalen.’ en ‘Neen, u hoeft uw fiets niet hier te laten staan, gaat u maar gerust met de fiets.’ Wat een vertrouwen, toch? Ik heb dat dan ook gedaan. Ik ben teruggereden nadat ik dat geld had afgehaald en heb betaald wat ik moest betalen. Maar nu dwaal ik af, dat heb ik ervan als ik met de fiets ben, dat gaat iets sneller…

Ik betaal dus meestal met de kaart. Verder gebeurt het zelden dat ik in de straat en andere wandelgangen zomaar iemand kus, een hand of knuffel geef. En dan nog, kus op de wang, wang tegen wang wel te verstaan. Ge weet wel, zo’n lip bijna op wang kus. Dé kus? Dat doet u toch niet zomaar met eender wie? En als die niet-eender-wie dat ook niet doet …

Overigens was ik mijn handen sowieso dikwijls, ik houd van proper handen.

Maar nu, mag ik mijn familie geen kus meer op de wang geven, de spontane omhelzingen van vrienden die ik niet zo vaak zie blijven uit, de nog spontanere knuffels van kinderen van de familie moet ik afweren. Dat er paniek is tussen deze vier en iets meer muren waar ik woon, zou overdreven zijn. Feit is wel dat ik voorzichter ben. Alleen al omwille van de bijwerkingen van mijn immuuntherapie, die aan De Bitch doen denken. Er is geen verschil in symptomen vóór en na. Ik vertrouw erop dat ik dat voel. Toch ben ik gereserveerder, iets meer gêne. Niet voor mijn toestand, wel voor de ongerustheid die het kan teweegbrengen bij mezelf en mijn omgeving.

Mijn vader zit in quarantaine in het rusthuis. Deur op slot. Geen bezoek. Geen informatie. Ook al ben ik officieel mantelzorger, samen met mijn zus, we mogen niet binnen. Afspraak met de oogarts tot nader order uitgesteld. Gelukkig begrijpt die dokter dat.

Ik kan een boek vullen met avonturen in dat rusthuis. Zonder beschuldigend te wijzen, want ik weet ook niet wat er zich achter de schermen afspeelt. Ik registreer dan feiten met een vleugje subjectiviteit omdat het toch over mijn vader gaat.

De lessen waarvoor ik me zo enthousiast heb ingeschreven, zijn voor de maand maart alvast afgelast. Nog een cursus waarbij het niet duidelijk is, maar ik bereid me voor op vrije tijd. De openbare gebouwen zijn dicht, ook de bibliotheken. Mijn abonnement moet verlengd worden, mijn boeken afgegeven, mijn gereserveerd boek opgehaald … Nee, ja. Nee, niets moet natuurlijk. Ja, de gebouwen zijn dicht.

Eergisten was ik bij mijn – nieuwe – huisdokter. Zij zei me dat ik niet vatbaarder zal zijn voor De Bitch dan een doorsnee gezonde mens, maar wel zieker zou kunnen zijn vanwege mijn chronische toestand. Dat vond ik geruststellend. Ik doe dus gewoon maar voort met handen wassen, goed verluchten, niet binnen blijven zitten, want ik voel zowel de zon als de regen graag en vandaag was dat ook de wind. Mensen ambeteren met mijn blog, iemand moet het doen, toch?

Het is een beetje raar, mijn gedachtegang momenteel. Natuurlijk is het goed om voorzichtig te zijn, de maatregelen te respecteren, vooral uit solidariteit. Niemand wil de zwarte piet doorgeschoven krijgen, noch van een gezonde noch van een zieke mens.

Nog andere gedachten durven binnendringen. Hoe erg is het om 24/7 fijn stof in te ademen t.o.v. De Bitch? Als je bekijkt waar het begonnen is, toen er daar nog zo ongeveer zwarte lucht was en nu, het bijna leeg gelopen is, de lucht weer een stuk zuiverder is.

Gaan we, stel dat alles plat ligt binnenkort, dan tenminste toch zuiverder lucht krijgen? Zal dat virus dat willen, die pure gezonde lucht? Hopelijk stikt het dan in haar hoest. Gaan we fietsen op de ring zoals vroeger bij autoloze zondag op de autostrade? Op één meter in het vierkant van elkaar. Interessanter is dan de vraag wat daarna zou gebeuren wanneer alles weer – min of meer – goed komt. Blijft ‘de mens’ verder arrogant zijn, zich op de borst kloppend dat De Bitch verslagen is. Zie je wel? Wíj zijn de baas!

Waarom gebeurt dit? Is dit een zuivering van de natuur? Akelig om er zo aan te denken, want ik wil zelf nog niet uitgezuiverd worden in deze.

Wanneer is De Bitch overwonnen? Het lijkt wel op oorlog, de virus tegen de mens! Zo’n film, waarvan u waarschijnlijk sneller dan ik op een naam komt.

Intussen verandert de toestand in het land constant. Tv of radio staan te vaak aan. Het blauwe licht van dit of ander scherm ketst af op mijn leesbril. Komt het nationaal rampenplan er? Zal ik al gaan hamsteren? Naar het schijnt is WC papier nogal in trek …

Wat een geluk dat ik nog niet gepoetst heb en de plannen binnenshuis die ik wilde doen zo hard uitgesteld heb. Als ik alsnog in CoroNtAine moet, zal ik me alvast niet vervelen.

Wat gaat u doen in geval van CoroNtAine?

Vrouw op Vrouwendag

Wat kan er nog gezegd worden over deze Internationale Vrouwendag, wat nog niet verteld is?

Mijn moeder was haar tijd ver vooruit. Werkende vrouw met zes kinderen, nooit haar (spreekwoordelijke) schort afgenomen. Ik weet niet zeker, maar ik denk dat ze er niet zo bewust mee bezig was. Hoewel ze wel bij de ‘Vrouwengilde’ was. Ze was bij nogal veel. Waar ik bijna zeker van ben, is dat ze niet zou meedoen aan acties, op de manier zoals dat tegenwoordig gaat. Ze zou het zeker niet veroordelen. Maar het was haar ding niet. Ze deed wat ze deed, op haar manier, op haar tempo (en dat was behoorlijk snel) voor diegenen die het nodig hadden. Zo voel ik het ook aan, zij het veel trager en individueler.

Ik voel me vaak een beetje dubbel als me zoiets gevraagd wordt, ‘kom je ook naar …’. Onafgezien van het feit dat je me zelden (of wie weet zelfs nooit) zult zien waar het druk is of waar ik drukte vermoed, sta ik wel achter goede initiatieven natuurlijk. En ook al val ik niet op daarbuiten, ik ben niet onverschillig. Dat wilde ik de wereld maar even laten weten. Als deze (soms echt hele lieve) vrouw Neen zegt, neemt u het dan a.u.b. niet persoonlijk op. De ‘waarom niet?’ vraag is in mijn ervaring de meest overroepen vraag. Het recht, als mens, om neen te antwoorden bestaat, zonder meer. Neen hoeft niet VERantwoord te worden.

Desalniettemin bewonder ik alle activisten/deelnemers/spectators/organisatoren/ …zeker met dit weer … ! Want waar zouden vrouwen staan, als er geen activisten en activistes waren? Bedankt!!!

Voor alle mensen wens ik dat ze de vrouwen kunnen zien zoals ze zijn, wie ze willen zijn, wie ze niet kunnen zijn, zonder dat ze het moeten verantwoorden of erger, toestemming vragen.

Ziehier, mijn schort. Maar ik heb wel mijne was gedaan vandaag hoor. Wie anders? 😉

ik vind het best een mooie.

Wat vindt u zelf dat niet verantwoord moet worden?