De middendag.

Ik begon in mijn dagboek te schrijven. De datum komt altijd eerst. Vandaag dus:

Woensdag, 18 juli … enzovoort. Toen ‘woensdag’ verscheen op het scherm dacht ik aan wat woensdag voor me betekende vroeger en ben ik iets helemaal anders beginnen schrijven dan dat wat ik wilde schrijven. Van het een komt het ander met mijn chaotische gedachtegang. Waarschijnlijk onbewust om de paniek van mijn ‘wanbetalingen‘ even achteraan in mijn hoofd te verstoppen.

Het is misschien eens wat anders dan louter ‘het-monster’ verhalen … 🙂

De middendag, zo noemde ik woensdag vroeger altijd. Toen ik nog student was, deed ik dat al. Ik leefde precies van het ene vrije moment naar het andere. Woensdag was dan zo’n breekpunt, dat net in het midden lag tussen twee weekends. Vrije momenten waren er talrijk in mijn jonge werkjaren. Zo is mijn ervaring toen toch geweest. Waarschijnlijk heel nodig geweest. Toch niet zoveel later had ik aan die manier van vrij zijn, geen behoefte meer, totaal niet. Ik ging uit van ongeveer vrijdagavond tot zondagnamiddag. Intussen volgde ik avondschool. Heel wat avondschool heb ik gevolgd in mijn jongere jaren. Nu ja, ook in het nabije verleden :-). Vooral Grieks dan. Maar andere talen en andere opleidingen zijn ook voorbij gewandeld en als ik mezelf  hoor proberen in het Frans … ai ai. Dat is echt voorbij gewandeld. Misschien moet ik maar bij Lana en Rani in de leer? Op kinderniveau, dat wordt plezant.

Die woensdag dus en die weekends. Zo vrij was het niet natuurlijk. De was, de strijk, boodschappen, … toen ik als zelfstandige begon te werken, was het echt wel wat anders. Weekends paperassenwerk doen, voorbereiden, verslagen, bilans voor aanvraag terugbetaling, …. Het werk deed/doe ik graag, er is altijd iets bij te leren. Hopelijk in alle vakken. Het was wel hupsakee met de totale vrijheid in weekends.

Later was ik er even uit, ook omwille van gezondheidsredenen. Twee keer zelfs. Die tweede keer vonden mijn ‘collega’s’ teveel en ik werd vriendelijk uit de praktijk gezet. Noodgedwongen zocht ik na mijn ziekteverlof naar een ander werk. Intussen kon ik gelukkig wel beroep doen op een werkloosheidsuitkering. Makkelijk? Neen! Ga maar eens aan de slag als je de hele tijd hoofdpijn hebt (dat was vlak na de revalidatie bij de hersenbloeding). Ik deed een vervanging in een kinderziekenhuis in Antwerpen. Heel fijn werk overigens. Werken met jonge kinderen en baby’s met voedingsproblemen. Je houdt niet voor mogelijk wat er allemaal fout kan lopen in de voeding van kinderen. De fout ligt in het probleem zelf, niet bij het kind of de ouders. Heel boeiend was dat. Ik zou nu weer moeten bijscholen, maar ik zou het met liefde doen. Weet je hoe dankbaar het is als je zo’n kind weer een (min of meer) normaal eetpatroon krijgt aangemeten?

In het najaar van dat jaar kon ik aan de slag in een school voor buitengewoon onderwijs, waar ik twee schooljaren gewerkt heb. Dat was weer een hele andere ervaring. Van grotere kinderen met leerproblemen, tot kleuters met een autisme spectrum stoornis (ASS), kinderen functioneel leren lezen, … Wat mij steeds bij zal blijven is dat kind uit de kleuterklas dat in haar eigen wereldje zat en toch op een keer is beginnen communiceren. Eerst met gebaren en éénwoord-zinnen, later iets langere zinnen. Ze kon zeggen wat er scheelde, dat was een hele doorbraak voor dat kind.

Daar heb ik het leven van vrij moment naar het andere dubbel ervaren. Zowel van weekend naar weekend als van vakantie naar vakantie. Pas op! Versta me niet verkeerd. Het is echt behoorlijk zwaar in het onderwijs werken. Je hebt echt niet veel rust. Ik heb de leerkrachten die voor zo’n hele klas staan wel bewonderd.

Het totaalbeeld voor mij echter – toen – was aantrekkelijk. Ik weet niet meer hoe het nu in het onderwijs aan toe gaat. Ik lees en hoor wel veel natuurlijk, toen ik nog in de praktijk was en nu volg ik af en toe wat op Facebook. Het lijkt erop dat mevrouw Crevits er een behoorlijk potje van gemaakt heeft.

Uiteindelijk gaat het erom dat je de potentie haalt uit een kind, of uit een volwassene. Als je met mensen werkt, ben je dat verplicht, elke schoenmaker bij zijn/haar eigen leest in het hele team. Ik hoop dat iedereen die in de zorgverlening werkt dit ervaart. Volgens mij ben je dan goed bezig.

Wat mijn professionele toekomst nog te bieden heeft? Of wat ik te bieden heb? Dat is nog vaag. Komt het nog? Ik hoop het van harte. Het monster moet er wel eerst uit. Het blijkt nu nog niet aan de orde te zijn. Doktersadvies is om te volgen. De dokter die jou behandelt, bedoel ik. Louter praktijk zie ik niet meer zitten. Mijn bioritme is nu weer net een beetje terug op peil.

Hopelijk ga ik dan in een bijscholingsprogramma of omscholingsprogramma. Liefst terug in de zorgverlening. Reva? School? Ziekenhuis? Dat laatste lijkt me wel fijn. Het kan nog allemaal … denk ik.

Wordt ongetwijfeld vervolgd …

(ps. de foto is van mijn boekje waarin ik het vaakst losse gedachten opschrijf)