Een reis naar toen, even geleden, waaraan ik nu denk, doet me deze brief schrijven. Korrel zout mag. Oplettendheid ook.
Dag jongen wiens naam ik vergat,
Ik schreef al over jou, nu richt ik me tot jou, Zouden we elkaar nog herkennen? Niet in fysiek voorkomen, natuurlijk. Zouden we elkaar herkennen in uitstraling?
Hoe was het voor jou om verder te groeien? Kon je de pesterijen nog aan? Kon je er aan ontkomen? Kon je je ervan afzonderen en erbovenuit stijgen? Weet je wat ik me nog herinner toen we ademloos aan die muur stonden?
We hielden elkaars hand vast!
Als troost tegen wantrouwen, angst, teruggetrokkenheid, grijze muis zijn?
Ik wil je iets vertellen. We vielen op, we waren niet grijs, we gaven niet toe. Ze zagen ons, ze wisten niet hoe met ons, kleurrijke enkelingen, om te gaan. We waren niet grijs, ze zouden nooit grijze muizen aankijken, laat staan de moeite nemen om hen te pesten.
Dát, jongen wiens naam ik vergat, zat in die handdruk. Nu weet ik het weer. Zou ik dat zien als ik je nu zou tegenkomen? Hoe oud we ook zullen worden?
Lange inleiding om mijn novemberverzen voor te stellen 😉
Om met de deur uit huis te vallen:
Uithuizig zijn in deze buurt, leverde gisteren twee leuke gesprekken op.
Met de mevrouw aan de kassa van een supermarkt had ik een tof gesprek over het cadeautje dat ik kocht voor een aankomende tienjarige. Over hoeveel de kinderen al weten en kunnen tegenwoordig. Het cadeau zelf zou ik destijds wel tof gevonden hebben. Even afwachten of de bijna-jarige dat ook vindt…
In de namiddag wandelde ik door het park hier dichtbij, voornamelijk om inspiratie op te doen voor de Novemberverzen van Azertyfactor. Tot nog toe heb ik er drie gepost. Ik maakte hier en daar een foto en wilde een nogal grote vogel, aan de andere kant van de vijver, van wat dichterbij nemen. Misschien voelde hij/zij het want hij/zij vloog weg. Wat een mooie vleugels annex vlucht in de bocht over de vijver verder weg  …
Daar in die bocht van het paadje werd ik aangesproken door een studente op een bankje die mij aansprak met de vraag of ik aan een enquête van de universiteit Gent i.s.m. Antwerpen wilde meedoen. Dat was interessant. Het ging over de geluidsbeleving in het park. Nu ik er op terugkijk, lijkt het park een beetje gepropt tussen de verschillende woonwijken boven-, onder-, doorheen de singel en de ring naar een ander park. Wat geluidsbeleving betreft, is het heel afhankelijk van het tijdstip in de dag, de week, zelfs seizoen en van het weer natuurlijk. De geluiden van auto’s zijn er nagenoeg altijd. Er waren in de buurt geen werken bezig (renovaties, wegenwerken, …) dus dat viel nogal mee. Het verbaast me, nu ik er even bij stil blijf staan, dat er nog zoveel fauna is. De flora is aangelegd met wel genoeg variatie en wordt toch vrij goed onderhouden. Al ben ik geen parkwachter deskundige. Na een kwartier stapte ik weer op en kwam ik – bijna – in een groter park terecht. Veel opmerkzamer op geluiden aldaar, stoorde het een en ander me toch. Een besef dat ik ergens van onder mijn huid uit kwam piepen, daarvan ben ik altijd zo moe na een wandeling in het park. Vaak nog meer dan wanneer ik door de straten van wijken en wijkjes slenter.
Enkele dagen geleden, ver stappen voor zachte geluiden …
Ik geef u mijn Novemberverzen nog mee. Klik op de link om te lezen en foto’s te zien die voor de inspiratie zorgden.
De dingen des levens ook als er geen komkommers zijn 😉
Duolingo
Al ben ik niet echt fan van deze app, ik onderhoud wel wat ik nog weet van Grieks en kom stilaan (heel traag) in de Arabische klanken. Nog niet echt woorden op enkele namen na. De taal zelf blijft wel boeiend.
Bij het Grieks moet ik me vooral goed concentreren. Het doet wel deugd om te ontdekken dat ik toch nog wel wat ken. Al zal het er in een gewone conversatie heel traag aan toe gaan. Ik merk het ook als ik schrijf naar mensen in het Grieks, hoe vaak ik naar woorden zoek.
Lezen en de challenge op Hebban
Nog zes boeken te gaan. Ik ben een beetje ongedurig om lang te lezen, voel mee met het weer en daar geef ik me dan aan over. Het weer van het seizoen in dat seizoen is de normaalste zaak van de Aarde. Wanneer ik uitgeregend ben ga ik weer lezen: Het laatste boek dat ik las is ‘Mist over het strand’ van Aline Sax. Ik schreef iets kort op Hebban: Mist*over*het*strand Â
Schrijven
Nog twee deelnames aan wedstrijden te gaan waarvan de deadline nog in de toekomst ligt. Status: zandlopergewijs. Andere schrijfplannen: nog in een luchtkasteel zonder parachute. Een oogwenk uit een gedicht in wording:
... Herinneringen zwaaien naar mij Waar bleef je zolang?
In de wachtkamer van een afdeling in het ziekenhuis gebeurde het eens dat mijn naam geroepen werd en ik er geen weet van had. Althans niet bij de eerste keer. Ik weet niet bij de hoeveelste keer ik wel door had dat het om mij ging.
Dat moet zo ongeveer geweest zijn toen iemand – en misschien nog iemand – me weer bij elkaar geletterd had. Ik was  namelijk – echt waar – helemaal verdwenen in een boek. Het voelde zoals uit een diepe slaap gewekt worden, dat duurt wel even dan, dat helder van geest worden.
Gelukkig vonden ze mij tussen die woorden en letters al was het in het boek al heel lang geleden, ergens rond de tijd van de Griekse mythologie. Ik was dus gered…
houd het koel in de schaduw in de kelder aan de noordkant in het zwembad in de ijskast onder een boom zonder zweetlast in de zee op een berg en neem mee
Zon wakker, nog voor mij, wandelde ik in de vroege ochtend, stappenteller omarmde mijn pols.
’t Is tijdens de wandeling in de gewone ochtend dat ik nog eens stopte bij dit pareltje, vooral aangetrokken werd door de gedichten. Natuurlijk. In een dichtbevolkte stad is dit een ware oase bij zo’n krachtige en liefst korte hittegolf. Soms tuimelen de woorden dan uit de losse pols.
Ge kent dat wel zo’n dag die een oase biedt
Ge kent dat wel zo’n dag waarin ge een doel hebt en daar gaat ge heen of dat gaat ge doen zonder meer gewoon zonder boe, bah weggelaten, komt ge in uw ritme dat ge dan aanhoudt want ge weet dat de koelte, relatief gesproken voor de tijd van het jaar van korte duur is en ge uw ramen nog moet sluiten om al te veel hitte te voorkomen wanneer de zon daar opwarmt ge stapt intussen door, want ge hebt uzelf ook laten verleiden, de stappenteller af en toe controlerend en ja, bijna ja bijna is het zover en ge komt dan voorbij een koel briesje dat u uitnodigt en lokt bijna schaamteloos bij zo’n heet voorspelde dag en ge volgt dat en de oase omarmt u en uw ritme blijft uw snelheid smelt en dat is niet erg want iemand sproeit de oase die al dorstig is en de snelheid spoelt weg en hier en daar in de oase-omhelzing blijft ge stilstaan omdat ge voelt het doet iets met u ge neemt een foto en nog een en bij een gedicht blijft ge staan en de sproeiman is geduldig tot ge gezien hebt wat ge wilde zien en vastgelegd wat ge wilde vastleggen
Een boom of struik of bloem en een gedicht natuurlijk
Ge kent dat wel zo’n dag die een oase geboden heeft
Enkele foto’s die ik nam. Er staat natuurlijk veel meer te bewonderen
Al bij al een reis om nooit te vergeten. De prachtige natuur, de vriendelijke mensen, het lekkere eten, de bezienswaardigheden, de avonturen en de avonduren, de Griekse taal (er zijn zelfs mensen die mij verstonden toen ik Grieks sprak), de sfeer, de muziek, alles.
Zee zand en een stevige rots
Nabeschouwing: Ik heb bewust niet veel verteld over de bezienswaardigheden. Hopelijk staat dat (eventuele) nieuwsgierigheid niet in de weg. Er is heel veel te vinden op het beroemde world wide web. Er zijn ook niet zoveel foto’s van, in vergelijking met hoe ik het nu zou doen om vanzelfsprekende redenen. Hier en daar heb ik duidelijker foto’s gezocht en in een link naar de betreffende website gedeeld. Mijn reis van weleer zit er al meer dan dertig jaar op. Ik ben daar sindsdien niet meer geweest, op een weekje Thessaloniki na, om andere, muzikale redenen. Misschien moet ik nog wat harder stof van mezelf afblazen en terug gaan. Met een dag-na-dag verslag op Polarsteps en/of mijn blog.
Terug in Thessaloniki aangekomen, vallen we onmiddellijk in de drukte. We slenteren wat rond en bewaren nog wat cultuur voor morgen.
Wijk waar we logeerden– Standbeeld van Alexander de Grote. Voor een duidelijker beeld zie hier. Op deze website wordt het standbeeld van verschillende kanten belicht.
Onze laatste dag gaan we nog naar het museum van het Macedonisch conflict. We willen ook het folklore-museum nog zien maar is – geloof het of niet – gesloten die dag. De pech deert ons nog steeds niet. We doen een zoektocht langs alle boekenwinkels van Thessaloniki. Mijn rugzak is plotseling 5 kg zwaarder. We bezoeken de binnen- en buitenkant van de Witte Toren en van ons laatste geld gaan we nog eens heerlijk Grieks eten (foto bovenaan: op de Lefkos Pyrgos).
Even bijkomen op een bankje van de zware rugzak
Morgen vertrekken we heel vroeg naar de luchthaven.
We gaan ook nog een dag naar Komotini. Het is er druk. We lopen wat rond in de stad, in de Turkse bazaar en genieten op een terrasje van de zon.
Later op de dag nog wat gekuierd op de promenade Alexandroupoli waar een groot schaakbord staat (foto hierboven).
Voor deze foto zocht ik een duidelijker beeld en vond deze twee de beste: HIer (Engels) en Hier (Duits).
Een beeld van Chatzidonis en Domna Vizvizi, helden van de strijd van 1821. Ze namen deel aan de Griekse Onafhankelijkheidsoorlog tegen de Turkse bezetting in 1821. De gedenkplaat is geplaatst door de "Vereniging van Ainiton", ook bekend als het "Hellenomuseum van Ainos", in Alexandroupoli in 1987.