Verlangzamen
Zo zag ik op een keer de ochtend
vol vuur en goesting dat moment
de zon nog even aan ‘t gapen
de dromenvanger bijna slapen
Wisseling van nacht naar dag
de november-kleurenpracht
het besef van verlangzamen
dát ritme en ik tezamen
AMK
Verlangzamen
Zo zag ik op een keer de ochtend
vol vuur en goesting dat moment
de zon nog even aan ‘t gapen
de dromenvanger bijna slapen
Wisseling van nacht naar dag
de november-kleurenpracht
het besef van verlangzamen
dát ritme en ik tezamen
AMK
Dit verhaal gaat over niets en alles
en het leidt nergens heen, is zonder plot
zonder twist noch plotwending en gaat van het
ene verhaal over een trigger naar een andere gebeurtenis
die dan weer een herinnering uitlokt waaruit een bedenking
geboren wordt (had ik toch niet beter … ?)
Hopelijk en op zijn minst heeft
het een ietwat humoristische inslag
en tovert het een glimlach op het gezicht
van de lezende mens en ontwart het een knoop
in iemands zwaar gemoed want dan is mijn verhaal
zonder plot, zonder twist noch cliffhanger fantastisch
geslaagd (dank u om tot hier te lezen)
AMK
in komkommertijd, al is die tegenwoordig alom rumoerig, vreselijk rumoerig …
Gisteren werd ik terug geslingerd in de tijd waar ik op de Limburgse boerenbuiten naar de kapster ging. Jarenlang had ik er fijne babbels en zo goed als nooit was het druk. Ik zou er een tweedaagse bus- en wandelreis voor over hebben om daar mijn leeftijd het raden naar te geven. Maar op een keer – ergens tijdens de coronaperiode – stopte ze met haar zaak. Met haar kwam het goed en naar ik vermoed nog steeds.
Ik zocht een andere. In een kapsalon met net te veel stoelen, kapsters, kapsones, lawaai en te weinig aandacht voor de klant, waar zonder vragen allerlei behandelingen gedaan werden en dan aangerekend, voelde ik me duidelijk onzichtbaar. Je kon ook online een afspraak maken en je kapster kiezen. De mijne was er zelden of net met iemand anders bezig.
De overmaat van ramp gebeurde toen op een keer een kapster in één knip te veel, echt te veel, lengte inkortte. Ze knipte het model erin en klaar! Mijn rug was het laatste dat ik liet zien. Nooit meer hier!
Een tijdje deed ik het zelf; mijn haar was immers toch heel kort.
Tot ik mijn huidige kapster vond. Via mijn zus die daar ook klant is toen haar kapper stopte, wist ik het adres. Op een dag had ik stoute schoenen aan (ze zijn nu versleten) en belde ik aan tijdens één van mijn stadse omzwervingen. De eerste afspraak was gemaakt.
Ze heeft een éénvrouwszaak en dat maakt het gezellig. Iets wat ze ook in acht neemt zijn Kerst, Pasen, Valentijn, … het salon straalt telkens weer. De koffie is lekker, de babbels tof al ben ik niet zo’n grote babbelaar. En ik zie er weer een beetje uit. De vorige keer knipte ze er weer wat model in en dat was zonder een millimeter te veel. Een kapster naar mijn hart en hoofd.
Ik ben gered! 🙂
AMK
Hoe snel het gaat
de routine
de gelatenheid
de weer- en opstand,
de duizenden dingen
te doen
de interessante
De - zelf opgelegde –
verplichtingen de
excuses en echte redenen
de gedrevenheid en de goesting
De dingen die er nog zijn
toen ik ze achterliet
de enkele veranderingen
nieuwe routines
De niet-meer-zomer
of nog een beetje
treinreis
de nog-niet-ingesleten dagorde
of toch al een beetje
De plannen met zoveel
Alles aandacht mij
Het is September!
AMK
Eergisteren nam ik de bus. Het was 11 juli, iets met Vlaamse trots. Doch vermoed ik dat dát niets te maken had met de aangekondigde staking van De Lijn in Antwerpen. Dat had ik eer-eergisteren gezien toen ik met de tram terugkeerde van ergens naar ergens anders.
De bus die ik op 11 juli zou nemen was lijn 21. Geen enkele 21 reed op het uur dat ik het nodig had. De lijn 32 kon ook nog. Daar waren er regelmatig van volgens de app van De Lijn. Het was warempel waar! Er kwam een 32 aan, die stopte voor mij en ik mocht mee. Ik had zelfs een goed zitje.
Bij het terugkeren, enkele uren later, besloot ik te voet te gaan. Lijn 21 reed weer sporadisch. Die zat echter bomvol. Onderweg passeerde ook een 32 en ik dacht nog:
Allez, nu had ik die nog kunnen nemen.
tot ik zag dat ook die bus volgepropt zat.
Hoe zouden de mensen zich daar voelen? Sardientjes in blik?
Dat was een andere gedachte van mij.
Gedachten nemen mij vaker mee naar plaatsen die niet echt bestaan doorheen bochten en over paden. Ikzelf vind dat ongevaarlijk.
Tenslotte was het de elfde juli, iets met Vlaamse trots, 32 min 21 is 11? Dat klopt als een bus, niet? Alleen is de 11 geen bus. Dat is een tram, die al een hele tijd niet meer rijdt, naar ik vermoed, wegens werken aan de sporen en de straten waar die lijn doorkomt.
Ik had onderweg naar terug ook een zitje…
AMK
Bron foto onderaan: bus32
Op een andere dag was ik getuige van een geval van agressie. Aan het station stond de bus voor het rood licht. Iemand klopte op de gesloten deur. Een nanoseconde later werd het groen. De chauffeur reed door. De deur bleef gesloten. Een halte verder was er wisseling van shift. Deze halte is nog te zien vanaf het station. De tweede chauffeur stapte op de bus en praatte even met de eerste.
De achtergelaten passagier was tot daar gelopen en vroeg een beetje geagiteerd aan de eerste chauffeur waarom hij de deur niet opendeed. Ik kon zijn antwoord niet verstaan maar hij liet de jongeman in eerste instantie nog steeds niet verder.
Toch kon hij niet anders dan hem doorlaten. Zijn shift zat er immers op. Deze jongeman vroeg nog eens waarom hij de deur niet opendeed. Toen werd de chauffeur agressief, nam hem bij zijn kraag en duwde hem in het eerste zitje tegen de ruit. Wat hij zei, weet ik niet meer, maar er vielen woorden zoals respect en eerbied en me mijn werk laten doen. Lichaamstaal verheft zich boven woorden. Stonden ze net iets te dicht bij elkaar op het moment van de vraag? Was de blik in de ogen van de passagier net iets te uitdagend?
Had één van beiden al wat hommeles achter de rug die dag? Had de chauffeur al zelf agressie meegemaakt?
De sfeer in de bus was toen ‘ieder voor zich’ aldus gespannen. Ik vroeg me af waarom het zo moeilijk is om even tot tien te tellen en een poging te doen om rustiger te ademen. Ik hoop dat het mij – in geval van – wel lukt. Aandacht geven aan onnodige situaties is energievretend.
AMK
Bron foto bovenaan: https://busposities.nl/voertuig/delijn_CiteaSLE120H_2251
Bron foto onderaan: hetlaatstenieuws
Regelmatig neem ik de tram of bus van en naar een bestemming en dezelfde weg of een andere weer terug. Bij het wachten op deze of andere lijnbus, -tram, bekijken passagiers elkaar nogal eens. Ik ook. We doen het allemaal zo onopvallend mogelijk. Dat is duidelijk.
Vandaag stond er een nogal verfrommelde figuur te wachten. Hij liep een beetje over en weer en stak toen een sigaret op, zo eentje zonder filter. Dat stinkt! Ik stapte weg van die rook, die uit de sigaret in de mond van de verfrommelde figuur, kwam. Van sommige geuren sigarettenrook krijg ik instant hoofdpijn, vandaar.
In de bus ging ik ver genoeg van hem zitten. Enkele haltes verder stapte hij af. De halte daarna nam iemand anders op dat zitje plaats. En voilà, toen kwam de monoloog, niet hardop uitgesproken en nogal kort – korter dan deze inleiding althans:
Dan zit ge op die bus en ge ziet een verfrommelde figuur afstappen. Bij de volgende halte gaat een nieuwe passagier op die plaats zitten en ge denkt ‘ge moest eens weten wie daar hiervoor zat’. En ge gniffelt, maar niet lang want al snel vraagt ge u hetzelfde af van de stoel waar gij op zit …
AMK
bron foto bus: https://busposities.nl/voertuig/delijn_CiteaSLE120H_2251
bron foto buszitje: https://nl.freepik.com/premium-photo/vooraanzicht-lege-busstoel_32632034.htm
Een gedachte, een déjà vu, een vécu kwam voorbij en leidde tot een monoloog die als een warme wolk rond me bleef hangen. Het was bij het opzoeken van een woord in een heus woordenboek met echte papieren bladen.
Tijdens het opzoeken dacht ik aan de eerste keer dat ik een woordenboek gebruikte waarvoor het diende. Dat was op school. Hoe doe je dat, de betekenis van een woord opzoeken?
Er werd verondersteld dat je het alfabet knats vanbuiten kende. Dat was heel belangrijk. Zo kon je makkelijk bladeren door het woordenboek om snel bij de beginletter van het woord te komen.
Laat ik het woord natrium nemen. De /n/ bevindt zich in de tweede helft van het alfabet. Dan weet je dat je niet vanaf de eerste bladzijde moet gaan zoeken. Dat vond ik een hele goede tip!
Daarna kijk je naar de tweede letter van het woord. Voor natrium is dat de /a/. Op de een of andere manier raakte ik helemaal vooraan in het woordenboek.
Erop terugkijkend was er één stap in het proces van betekenis-van-woorden-opzoeken waarschijnlijk niet binnengedrongen (ik was een trage leerling). In mijn kinderlijk enthousiasme bladerde ik van de /n/ naar de /a/. Ik moest bij de /n/ blijven en dáár de volgende letter zoeken. Toen ik het eenmaal doorhad, ging er een wereld voor me open.
Een heel woordenboek, bomvol woorden die ik nog niet kende. Ik voelde me woordenveilig voor de rest van mijn leven. En dat was een pocketwoordenboek! Er kwamen andere talen bij, zowel in de school als later de avondschool. Hier en daar kon ik zelfs de liefde doorgeven aan kinderen die aanvankelijk niet zoveel voor taal en lezen voelden.
Echt sneller ben ik niet geworden, noch met lezen, noch met opzoeken. Wel gerichter zodat de liefde voor woorden en taal in het algemeen, bij me blijft.
Telkens ik er bewust mee bezig ben, is het NU!
En die natrium? Dat is het zout op mijn pata… woorden!
Foto bovenaan: een greep(je) van wat ik bijhield doorheen de jaren
Vandaag lees ik op de kalender dat het Singles Awareness Day is. Ik stel er me verder niets bij voor. Behalve dat het vlak na Valentijnsdag valt. Dat doet me dan weer denken aan Valentijn die ik twee dagen vóór ‘lievekesdag’ – zoals ik me de 14de februari herinner uit mijn kindertijd – kort doch aanwezig heb ontmoet, op het perron van tram 9 aan Berchem station.
Ik stapte op genoemde locatie uit, samen met andere mensen. De ene stapte één richting uit, ik de andere. Intussen wachtten mensen om op te stappen.
Het perron aldaar is nogal smal. Desalniettemin viel me, door al dat volk heen, op dat Valentijn ook van de tram stapte en tegen de reling achteraan het perron ging leunen. Ik stond nog even stil tussen links en rechts weg stappende mensen. De grote zak boodschappen over mijn schouder bungelend was, helaas, niet plaats besparend. Door de wereld in vertraging te aanschouwen, blijf ik kalm en aanwezig. Iemand zei: “Wacht, die madam moet nog op de tram.” Ik draaide me om. Een vrouw keek me aan, met de vraag nog in haar ogen. Na mijn “Ik hoef niet in te stappen”, ging ieder zijn eigen weg. Valentijn stond nog tegen die reling dit dagdagelijkse gebeuren te aanschouwen. Ik stapte langs hem heen en hij lachte naar mij, mét een knipoog, zo eentje die uitdrukt wat je samen ongepland deelt:
Ik lachte terug en vervolgde mijn weg, half in gedachten. Vanwaar ken ik die man, hij is een acteur… ah, ja in “De helaasheid der dingen” speelde hij de hoofdrol.
Weer thuis, even googelend, duurde het niet lang voor ik het wist; Valentijn Dhaenens. Man man, als ik zo’n vijftien jaar jonger was, ik zou … Ja, wat eigenlijk? Op een tas koffie trakteren, zo eentje met een hartenvorm chocolaatje erbij in een rood papiertje? Een theatervoorstelling bijwonen, dat is realistischer en duidelijk:
Foto bovenaan: “Liefde is blijven tot het einde van het concert!” Graag gedaan 🙂
’t Is stil waar het nooit waait … zeggen ze
Het ene gebeurt, het andere niet, een bezoek, geen bezoek
Het stormt soms, dat gaat weer liggen tot het weer rechtop zit
Zomaar 60 geworden, het gebeurt vanzelf. Zonder feestgedruis, zelfgekozen verpozen. Ik begin er warempel echt van te houden.
In de zomer verjaren heeft voordelen. Vroeger zag ik het als een nadeel. Aangezien velen ergens anders aanwezig zijn, glijdt het mooi en rustig voorbij. Al heb ik dit jaar mezelf getrakteerd op een eersteklasticket naar Oostende. De rit was rustig. De andere wagons waren geluidsvoller.
Ik herinner me nog dat ik toen dacht nog een keer een blogbericht de wereld in te sturen. Maar waarover dan? Wil ik dat vertellen, ondanks de tuimelende woorden en uit elkaar gepuzzelde zinnen die mijn brein bezetten?
Soms probeer ik uit te leggen hoe het in mijn brein werkt, maar – alle goede bedoelingen ten spijt – zwijg ik er liever over. In het Engels is er zo’n term-zin die ik ooit in een opleiding te horen kreeg (allerlei programma’s op pc leren gebruiken): WYSIWYG; “What You See Is What You Get!” Ik veronderstel dat er ook echt niet méér is. Als het niet geprogrammeerd is, zal uw pc het niet tonen.
Bij mensen is het anders. Het kan wel zijn dat u niet meer krijgt dan wat u vraagt. Wel kan het zijn dat er meer is, soms veel meer, dan wat u vraagt … Ik behoud me het recht om dat zelf te kiezen, zonder uitleg. Want ik weet dat het ook omgekeerd zo is. Laten rusten, denk ik meestal. Het toont zich wel als de tijd er rijp voor is.
Met zulke vage dingen zou ik wel een blogbericht kunnen vullen…
Een fotoronde vertelt waarschijnlijk meer … 1. Golfen. 2. Nek-uitsteken. 3. Broertje-in-smoking-kwijt. 4. Hij ging net douchen. 5. Aapje met haar dino. 6. Plopperdeplop. 7. Waar zijn mijn dochters?? 8. Geen paparazzi aub! 9. Vikingen, opgepast! 10. Besties. 11. Ze vlogen met een zucht.
Amen!
Sinds een tijdje houd ik me ook bezig met mijn stamboom. Daar zijn nog veel verhalen te halen, al dan niet te bloggen…
Ps. Ik heb mijn Woordenrijk onlangs nog eens opgewarmd. Soms rijmt het, soms niet…
A magazine of Arabic literature in translation
... news, history and much more ...
Verhalen uit mijn familiegeschiedenis
Boeken droppen en zoeken
All things classical ukulele
Levensinspiratie onderweg
Levensinspiratie onderweg
Blog van Jona Lendering
Schrijven is het samenspel van autobiografie, overdrijven en verzinnen.
Geloof het ongelooflijke. Beiden zijn waar.