Vanmorgen op de kalender las ik deze wijsheid (zie foto hierboven). Het inspireerde me tot schrijven met als woord ‘Zoals’. Wie ben ik deze winter? Word ik telkens weer opnieuw mezelf, van seizoen naar seizoen? Omdat er zoveel over donker en licht, over regen en zon, over alles wat ons beïnvloedt en waar we toch niets aan kunnen doen (toch niet instant), waarom zou ik er dan triest van worden? Dit is een retorische vraag. 🙂
Zoals die kale tak enkele maanden niets draagt,
Ze heeft de hele zomer al gedragen, gevoed en hitte gefilterd.
Zoals het vele donker van vroege avond tot late ochtend,
Het zat eraan te komen, de ketting waar ik voor gezwicht ben. Al die weken in corontaine – 23 op 24 en soms zelf 25 op 24 – heb ik me enkele keren ertoe laten verleiden om een raadsel, een quiz, een foto uit de oude doos te posten en dan erin gelopen en ‘gevraagd’ om dit of dat ook te posten. Mijn Messenger, meestal mijn stille vriendenlijst, alleen wanneer het nodig is, overbevolkt van foto’s die liefst van al doorgestuurd moeten worden.
Ik raak serieus overprikkeld!
Overprikkeld van al die goedheid, van al dat doorsturen, overprikkeld van mijn weg soms kwijt zijn in al die hetze van ‘vertraging’, ‘verbinding’, ‘solidariteit’, ‘elkaar nodig hebben’. Alsof het ervoor niet bestond.
Natuurlijk ben ik dankbaar, natuurlijk ben ik blij met al het goede dat gebeurt. Echter, het begint te voelen als een grote druk op mijn zelfbeschikkingsrecht.
Ik ben ook dankbaar zonder applaus, ik ben ervaringsdeskundige in doktersbezoeken, allerlei specialisten, hoewel deze situatie zijn weerga niet kent natuurlijk.
De boodschappen blijven lukken, de wandelingen ook, al is het soms wat druk. Stel je voor, niet eens meer de helft van het lawaai waarvoor ik vroeger de kap van mijn vest opzette ook bij warm weer (ik ben zo’n hoodie-vrouw op leeftijd, ga ik nu met mijn tijd mee of ben ik overjaarse hippie 😉) en toch ik kom overprikkeld weer thuis. Ondanks dankbaar zijn, zoek ik een rustpunt. Misschien vind ik daar wat ik wil bijdragen? Want dat wil ik wel. Zelfs thuisblijven wordt bedankt. Graag gedaan!
Foto’s (proberen te) maken ook al is het zo onprofessioneel als maar kan. Het lukt me nog ook. Nog even en ik raak voorbij de enkels van de gepassioneerde beginner. Het zijn gewoon enkele foto’s met mijn gsm, soms kiekjes van kiekjes en van de dingen waar ik nu naar kijk. Voorheen zag ik ze wel, in de rapte. Nu kijk ik veel meer. Gisteren vroeg ik me af waar de boterbloemen heen zijn? Madeliefjes en andere waarvan ik de naam niet (meer) weet, met het schaamrood op de wangen, hoewel door die zon het niet eens zo opvalt. (Smeert u zich goed in a.u.b. bij het zonnebaden, -wandelen, -fietsen of welke zonneactiviteiten er ook aan bod komen … ik kan het echt weten … ).
Rechtse foto, zo herinner ik me de boterbloemen niet
Vanavond applaudisseer ik van achter mijn scherm. Alsof ik niet thuis ben omdat ik iets ga verder zetten dat in fysieke aanwezigheid werd gestart en bij uitstel geen afstel is geworden. Misschien ‘publiceer’ ik wel een van mijn pennenvruchten. Eerst die digitale ontmoeting bij verderzetting van die workshop.
Waar was ik begonnen? Die ketting dus, die poëzieketting. Bij wijze van bijdrage, bij wijze van delen. Laat ik het gewoon hier doen. Dan hoef ik verder niemand meer te plagen want ook mijn mailbox puilt uit, niet eens van mensen die ik ken, eerder van mensen die denken dat ik verteld moet worden wat ik al weet … bij wijze van spiegel …
Ziehier het eindgedicht dat ik schreef bij de cursus ‘Van gedachten naar gedichten’. Op basis van deze foto, getrokken op de locatie waar de cursus doorging. Een toplocatie, waarvan ik hoop dat de mensen die daar werken het toch nog kunnen voortzetten achteraf. Zonder belofte, heb ik toch goesting om het te proberen, daar gaan eten. Wie trakteert mij? (oeps daar ga ik weer … )
Het is steeds een beetje lastiger om over Vaderdag iets te schrijven, zo kort na Moederdag. Ik zou er zo ongeveer het zelfde over kunnen zeggen. Ik denk alleen dat het ‘toekijken’ voor een vader die niet kan baren, hem in een positie zet waarbij inleven wat lastiger is dan dat wat het voor een moeder is. Het ‘ouder’ zijn blijft bestaan, gelukkig wel. Mijn moeder zei vaak ‘moeilijk gaat ook’. Natuurlijk wil ik dus aan alle vaders een mooie dag wensen …
Aan vaders, papa’s, … en aan bompa’s, opa’s, …
Een erkentelijke dag.
Een dag die mag, een beetje moet.
Aanwezig in lijf en leden bij uw kinderen,
of in gedachten , het kan al eens verkeren
Zelfs dan wordt aan U gedacht.
De mee-vaders, van andere kinderen,
De vaders van de kinderen, die ook mee-vaders hebben
De twee-vaders,
De alleen-vaders,
de hier-en-toch-ook-een-beetje-ginder vaders.
Hoe gekleurd en net dat beetje plezant anders
hoop ik dat uw leven is.
De gevluchte vaders,
wat je al doet voor je kind(eren).
Ook al begrijpt het niemand
‘Niemand’ heeft geen naam
En mag genegeerd worden.
Iemand bewondert U en wil U helpen!
De verloren vaders
Mooie gedachten aan U
En een teken daarvan,
Een bloem of een woord
Of misschien allebei,
U zal nooit vergeten worden.
Mijn vader.
Stormen doorstaan met hem
En hij met mij
Maar we worden steeds beter.
Mijn vader, die van ons zessen,
zelfs voor een Griek kan hij doorgaan 😉.
Rustig, soms ongerust
Stil, soms / vaak ludiek en ad-rem
En luisteren dat hij kan,
Zonder commentaar,
Gewoon luisteren.
En wat een voorbeeld, vind ik nu,
als het al eens liever lui dan moe is.
(probeer het maar met zoveel in je kop dat lui zijn …)
Waar ik vandaan kom wordt Moederdag gevierd op de tweede zondag van mei. Ik vind dat voor moeders elke dag Moederdag mag zijn.
Morgen is wel een beetje speciale dag. Naar jaarlijkse traditie herdenken we haar in de maand mei. Ik denk dat het de eerste keer is dat dit op Moederdag valt. Hoewel ze in de maand februari gestorven is, vond mijn vader het fijner om dit toch in mei te doen. Haar verjaardag is ook in mei. Ze was een zondagskind, die hebben net een streepje voor, zeker op maandagkinderen (…).
Naar eveneens jaarlijkse gewoonte doen we dat in Hasselt, onze roots. Vroeg op dus morgen. Daarom wil ik alvast aan alle gevierde en niet gevierde moeders denken:
Aan de moeders, die ik ken, alle moeders
Die gevierd worden vandaag
Of dan, in augustus
Dat uw kinderen sterke solidaire volwassenen mogen worden / blijven
Aan de moeders die ik niet ken
Die niet gevierd worden,
Noch nu, noch in augustus
En toch hebt u uw kinderen gebaard / in uw gezin opgenomen
Dat u erkenning moge vinden en zien in uw kinderen
Aan niet geworden moeders
Zij zullen nooit een vanzelfsprekendheid zien
In welk kind dan ook
En daardoor op die net iets andere manier alert blijven
Op andere moeders’ kinderen
Aan mijn moeder
Die herdacht wordt vandaag
Rust, lach, reis mee, …
Luister, lees, antwoord, …
Verrijs zo af en toe nog eens – denkbeeldig in dromen – uit uw as.
Ik zal het zien, het lichtje in uw ogen op die foto …
En ik word weer even sterker en misschien lijk ik weer een beetje meer op u …
(uiterlijk even terzijde gelaten, hoewel ik daar best fier op ben als me dat gezegd wordt)
Ik wens iedere moeder de kans om het ten volle te zijn !