Monsterloze bezigheden. Weekend met Kunst.

Vrijdagavond ben ik naar een concert geweest van de zusjes Maria en Elina Markatatou. Dat was in het kader van hun studies, een research project over mandoline muziek.

Heerlijke muziek was dat, een mooi orkest, met een cellospeelster, twee violistes, twee gitaristen en de twee meisjes spelen mandoline en natuurlijk de zanger en zangeres. Hun webiste: www.markatatou.com. Hun Facebookpagina is https://www.facebook.com/maria.markatatou.14?eid=ARBKwimWumUM5SbOEt6Tn2XDF8wo-VF3zRwSTEx12GPhXs0sY4Fqc4ONYXrhiYAYUuQWwOSPBoEmESIo

Daar vindt u veel informatie over het project en andere zaken waarmee zij bezig zijn, beter dan ik het kan vertellen.  De naam van dit project ‘The four traditions of mandolin in Greece’ verwijst naar de verschillende plaatsen met hun tradities en de mandolinemuziek die daaruit voortgevloeid is. Ik probeer hier even te vertalen wat in het Engels op de welkomstfolder staat.

De mandoline, een muziekinstrument dat de lokale muziektraditie uitdrukt, verschijnt in Griekenland aan het einde van de negentiende eeuw en is verbonden met vier verschillende tradities. Deze van Klein-Azië, Athene, de Ionische eilanden en van Kreta (de zusjes zijn van Kreta). Door de geografische ligging vormt Griekenland een cultureel kruispunt.

Meer door het feit dat Griekenland door verschillende overheersers werd gedomineerd (Italië, Frankrijk, Engeland, het Ottomaanse rijk, Duitsland) voor meer dan vier eeuwen, dreef het naar een tweezijdig osmose. Daardoor kan de diversiteit van die invloeden en het samenvoegen van al deze verschillende culturen ook gezien worden in de muziek.

Als resultaat heeft het repertoire van de mandoline verschillende kenmerken, getekend door verschillende muzikale tradities: enerzijds een indrukwekkende variatie in ritme, harmonie, komende van muzikale stijlen van Oost- en West-Europa, zowel als verschillende elementen die geleend werden van andere tradities.

Dit project doelt op het vastleggen van de vier tradities van de mandoline in Griekenland. Het doel van dit project is het repertoire ontdekken, documenteren en vastleggen (opnemen); om naar geschiedkundige gebeurtenissen te kijken die invloed hadden op de mandolinemuziek; om een uitgebreide en heldere beschrijving van deze uitgebreide tradities te voorzien.

Er was een vertelster, Nina Basdras, die bij elke traditie die werd voorgesteld een omschrijving gaf, wat de muziek uitdrukte, de streek waaruit dit kwam en de namen van de componisten. Ik moet zeggen dat ik nog wat bijgeleerd heb. Alleen Chadzidakis kende ik.

Ik heb er enorm van genoten. Ook al wonen deze mensen in België, ze hebben hun vaderland toch nog in hun hart en ziel. Het lijkt een collectief geheugen dat niet weg te wissen valt. Je kan ze zo steken in een decor van de jaren ’20. Voorheen heb ik ze nog één keer gezien op het feest van Kappa, in Aartselaar. Op hun website kan je meer vinden over hun project.

Wat ik zo mooi vond (óók zo mooi), is de fijne samenwerking tussen enkele verschillende nationaliteiten die zich samen inzetten voor dit toch wel Griekse project.

Achteraf was er een ontmoeting met alle muzikanten. Heel verfrissend, zo’n enthousiaste jonge mensen te mogen ontmoeten. Ik hoop van harte dat we hier meer van horen. Dit talent mag toch niet verloren gaan. Ook hoop ik dat ze hun doctoraat kunnen halen.

Hun docent, mevrouw Gerda Abts had ook nog veel over hen verteld. Ze zijn naar hier gekomen om muziek te studeren, ze werken hier ook om in hun levensonderhoud te voorzien. Ik heb een van hen al wel eens gezien in Het Griekse Huis. Vraag niet wie want ze zijn elkaars spiegelbeeld. Ze botsen, zoals waarschijnlijk veel muzikanten en kunstenaars, tegen obstakels, vooral financiële, bv. een cd maken (opnemen, bewerken, branden) kost veel geld en hun muziek is echt van die aard dat het goed zou verkopen. Ik hoop alleszins hen snel weer te zien. Kijk naar hun website, daar staat veel meer in dan ik kan vertellen (maar de schreef ik al). Mij hebben ze in elk geval begeesterd. Heel blij dat de lijst Griekse muzikanten, die ik graag hoor, langer wordt door hen.

En nu ik toch bezig ben, neem ook eens een kijkje op deze site, de docente van de mandolinespeelsters, behoorlijk indrukwekkend! http://www.gevoeligesnaar.be/text/NEDhome.html

Gisteren waren Margriet en Maike hier op bezoek. Het is heel fijn geweest. Ik ben blij dat ze hier geraakt zijn, want het was echt wel flink aan het regenen. En dat heeft nog lang geduurd. Wandelen in het park hebben we niet gedaan, noch hier in de buurt. Het was wel gezellig vond ik. Nu kon ik nog eens bougatsa bakken, een van de weinige dingen die ik een beetje kan in de keuken … maar nog niet helemaal volgens de regels van de Griekse bakkunst. Het deeg dat ik gebruikte mag dan wel het label bio dragen, maar ik koop het toch nog kant en klaar. Waarschijnlijk, met mijn keukenprinseservaringen, is dat de beste optie 😉. De rest is helemaal volgens het recept uit een authentiek Grieks kookboek (dat ik niet uitleen).

We zijn daarna bij Morfo gaan eten. Het was wel lekker, speciale gerechten: mezzè, ik zou zeggen mezzè special (wat haar inspiratie haar ingeeft met de ingrediënten die ze in huis heeft),  risotto portobello en scampi kritharakia, elk gerecht heel mooi gepresenteerd, bijna zonde om op te eten. Dat hebben we toch maar gedaan en het was heel lekker. Morfo en Maike kennen elkaar, min of meer. Ze hebben in dezelfde periode op dezelfde school gezeten in Genk. Beiden kunstenaars, goed te zien, ook al zou niet onmiddellijk duidelijk zijn in welke kunst. Kunst uit zich ook in andere dingen dan in datgene waarmee ze bezig zijn.

Bij Morfo heb ik elke keer lekker gegeten, lekker eten gehaald. Ik laat het aan u om zelf te ontdekken en te waarderen. https://www.morfo-berchem.be/ En als u hier eens langs gaat, contacteer me. Als ik kan, ga ik graag mee …

Ik ben geen ervaren schrijver over voedsel of eethuisjes of allebei, noch over muziek maar ik deel wel graag mijn ervaringen, zeker als het positieve ervaringen zijn, over authentieke mensen die altijd wel anderen kunnen begeesteren en aanspreken. Gewoon zichzelf zijn en dat tonen.

Een mooi weekend in de Kunst.

(voor de foto’s, ze zijn niet van goede kwaliteit, waarvoor mijn excuses)

 

Het sjaalverhaal.

(omdat het andere verhaal dat ik wilde vertellen, niet goed vordert … komt nog wel én omdat het niet altijd monsterlijk moet zijn zelfs niet bij Halloween).

Met de ‘plotse’ koude van afgelopen weekend haalde ik een van mijn eigen creaties boven, een sjaal! Deze sjaal had eerst een hele andere bestemming. In een nog zeldzame poging om zelf een kledingstuk te maken, had ik op een keer een haakpatronenboekje gekocht. Er stonden echt wel mooie dingen in, voor de winter. Truien, sjalen, mutsen, handschoenen, wanten en … gehaakte kleedjes. Heel mooi, vond ik. Helemaal iets voor mij, ook al ben ik bijna totaal niet modebewust, ik houd toch van een zekere manier van kleden. Meestal houd bij makkelijke kleding, jeans en t-shirt of trui of zo …

Dat kleed dus … het bovenstuk was helemaal zwart, tot net onder taille en van daaruit – de rok – zwart en gekleurd, waarvoor lapjes gehaakt werden die achteraf aan elkaar gezet werden en dan vastgemaakt aan dat bovenstuk. Die rok, daar was ik mee begonnen. Dat deel was ook afgeraakt. De rest … helaas … niet! Excuses te over natuurlijk, hoe gaat dat als je iets niet afmaakt, … geen tijd, aan het werk, teveel niezen (ik nies echt veel) door die wol en de pijnlijke gewrichten van mijn polsen dan, …

Intussen zat ik daar met die rok … de winter werd harder en op een keer vond ik zo maar vanzelf het idee om die als sjaal te gebruiken. Het was niet zo vast dicht gehaakt, zou dus ook niet zo’n verstikkend gevoel geven dat sjaals bij mij wel eens doen en wel warm genoeg.

Ik vind het nog een vrij deftige sjaal.

Ooit had ik een andere sjaal, helaas daar heb ik geen foto meer van, wel een verhaal.

Een hele tijd geleden, ik woonde nog niet in Antwerpen en had ook nog geen verhuisplannen, was ik aan de brei. Een van mijn ‘projecten’ toen was een hele lange sjaal te breien om zo alle kleine restjes wol op te gebruiken. Of was de sjaal er pardoes gekomen door die restjes wol aan elkaar te breien? Dat is me niet meer duidelijk. Wat wel helder was, is dat de sjaal héél lang werd. De wol was op. Hoera, niets moeten weggooien.

Ik denk dat er niet genoeg kleuren zijn in de regenboog om te tonen hoe – waarschijnlijk schreeuwend – kleurrijk die sjaal was. Ik had hem in de winter altijd aan, op de fiets of te voet. Dat was lekker warm. Alleen … ik zag er waarschijnlijk ook niet uit. Dit is wat ik ermee meemaakte:

Het gebeurde tijdens de winter solden-tijd toen ik nog in Hasselt woonde. Ik houd helemaal niet zo van dat slenteren dat shoppen met zich meebrengt, maar op een keer is het wel nodig en dan is de solden wel een handige tijd om te gaan shoppen (oeps een Engels woord).

Zoals op vele plaatsen hadden vele winkels bewakingsagenten tijdens die drukke dagen. Het was in de Hema. Ik had al het een en ander gekocht en dus enkele zakjes bij (tegenwoordig neem ik zoveel mogelijk herbruikbare zakken mee àls ik al ga shoppen (shoppen zie ik hier als ‘op kledings- en aanverwantenjacht in tegenstelling tot winkelen, wat ik meermaals per week doe, brood, fruit, … enzo).

Raar ingepakt tegen de kou, mijn handtas schuin rond mij hangen, over mijn halfopen jas, want winkel in was het warm, winkel uit weer fris, tasjes in mijn handen én die sjaal slordig rond mijn hals bengelen ging ik de Hema binnen. Soms neem ik al eens iets vast in een winkel, goed bekijken van een product, het etiket lezen, de kleur bekijken, de prijs, … dan zet ik die tasjes even neer. Het waren papieren tasjes,  die als je ze neerzet open staan met de handvatten rechtop. Als je wil kan je er ‘per ongeluk’ iets in laten vallen. Wat ik niét deed! Ook niet expres.

Het duurde niet lang of ik had individuele aandacht van de bewakingsagent. Onrustig word ik ervan als ik bekeken word tijdens het winkelen/shoppen. Deze volgde mij bijna op de voet rij in rij uit. Eén keer heb ik eens geglimlacht naar hem bij wijze van groet en ging mijn zgn. zoektocht verder naar ik-wist-niet-meer-wat. Hij bleef mij achtervolgen. En toen begon het bij mij te kriebelen.  Ik voelde me geplaagd en dan wil ik terug plagen. Dus ging ik rij per rij, op mijn duizendste gemak, mijn tasjes neerzetten, iets vastpakken, bekijken, terug zetten, tot helemaal achter in de winkel. Intussen zo af en toe hardop denkend, ‘zou ik dit nu meenemen of niet?’

Daar, vanachter bij de laatste rij, stond hij, trouw, dat mag ik wel zeggen, (half)rond te kijken, in mijn richting, toen ik dacht hardop, terwijl ik het laatste ding dat ik niet zou kopen weer neerzette, ‘Neen, toch maar niet, hopelijk werd er intussen vooraan in de winkel niets gestolen….’  Kordaat, zoals ik soms wel kan zijn, pakte ik mijn tasjes op, die tasjes waar niets per ongeluk noch expres, was in gevallen en stapte naar buiten. Daar deed ik mijn jas pas weer dicht.

Ik heb het niet gevraagd, zo nieuwsgierig was ik niet, waarom die man me tot achteraan in de winkel volgde. Voor zover ik kon zien was hij toen alleen, er kon vooraan van alles gebeuren. Wel weet ik dat je er niet al te raar mag uitzien als je gaat shoppen. Ik had nog wel zo’n warme kleurrijke unieke sjaal.