Een gedachte, een déjà vu, een vécu kwam voorbij en leidde tot een monoloog die als een warme wolk rond me bleef hangen. Het was bij het opzoeken van een woord in een heus woordenboek met echte papieren bladen.
Deze monoloog
Tijdens het opzoeken dacht ik aan de eerste keer dat ik een woordenboek gebruikte waarvoor het diende. Dat was op school. Hoe doe je dat, de betekenis van een woord opzoeken?
Er werd verondersteld dat je het alfabet knats vanbuiten kende. Dat was heel belangrijk. Zo kon je makkelijk bladeren door het woordenboek om snel bij de beginletter van het woord te komen.
Laat ik het woord natrium nemen. De /n/ bevindt zich in de tweede helft van het alfabet. Dan weet je dat je niet vanaf de eerste bladzijde moet gaan zoeken. Dat vond ik een hele goede tip! Daarna kijk je naar de tweede letter van het woord. Voor natrium is dat de /a/. Op de een of andere manier raakte ik helemaal vooraan in het woordenboek.
Waar was de /n/ gebleven?
Erop terugkijkend was er één stap in het proces van betekenis-van-woorden-opzoeken waarschijnlijk niet binnengedrongen (ik was een trage leerling). In mijn kinderlijk enthousiasme bladerde ik van de /n/ naar de /a/. Ik moest bij de /n/ blijven en dáár de volgende letter zoeken. Toen ik het eenmaal doorhad, ging er een wereld voor me open.
Beeld u zich in!
Een heel woordenboek, bomvol woorden die ik nog niet kende. Ik voelde me woordenveilig voor de rest van mijn leven. En dat was een pocketwoordenboek! Er kwamen andere talen bij, zowel in de school als later de avondschool. Hier en daar kon ik zelfs de liefde doorgeven aan kinderen die aanvankelijk niet zoveel voor taal en lezen voelden.
Echt sneller ben ik niet geworden, noch met lezen, noch met opzoeken. Wel gerichter zodat de liefde voor woorden en taal in het algemeen, bij me blijft.
Telkens ik er bewust mee bezig ben, is het NU!
En die natrium? Dat is het zout op mijn pata… woorden!
Eentje dat al eens op de tafel ligt en niet in de kast staat
Foto bovenaan: een greep(je) van wat ik bijhield doorheen de jaren
’t Is stil waar het nooit waait … zeggen ze Het ene gebeurt, het andere niet, een bezoek, geen bezoek Het stormt soms, dat gaat weer liggen tot het weer rechtop zit
Zomaar 60 geworden, het gebeurt vanzelf. Zonder feestgedruis, zelfgekozen verpozen. Ik begin er warempel echt van te houden.
In de zomer verjaren heeft voordelen. Vroeger zag ik het als een nadeel. Aangezien velen ergens anders aanwezig zijn, glijdt het mooi en rustig voorbij. Al heb ik dit jaar mezelf getrakteerd op een eersteklasticket naar Oostende. De rit was rustig. De andere wagons waren geluidsvoller.
Ik herinner me nog dat ik toen dacht nog een keer een blogbericht de wereld in te sturen. Maar waarover dan? Wil ik dat vertellen, ondanks de tuimelende woorden en uit elkaar gepuzzelde zinnen die mijn brein bezetten?
Soms probeer ik uit te leggen hoe het in mijn brein werkt, maar – alle goede bedoelingen ten spijt – zwijg ik er liever over. In het Engels is er zo’n term-zin die ik ooit in een opleiding te horen kreeg (allerlei programma’s op pc leren gebruiken): WYSIWYG; “What You See Is What You Get!” Ik veronderstel dat er ook echt niet méér is. Als het niet geprogrammeerd is, zal uw pc het niet tonen. Bij mensen is het anders. Het kan wel zijn dat u niet meer krijgt dan wat u vraagt. Wel kan het zijn dat er meer is, soms veel meer, dan wat u vraagt … Ik behoud me het recht om dat zelf te kiezen, zonder uitleg. Want ik weet dat het ook omgekeerd zo is. Laten rusten, denk ik meestal. Het toont zich wel als de tijd er rijp voor is.
Met zulke vage dingen zou ik wel een blogbericht kunnen vullen…
Een fotoronde vertelt waarschijnlijk meer … 1. Golfen. 2. Nek-uitsteken. 3. Broertje-in-smoking-kwijt. 4. Hij ging net douchen. 5. Aapje met haar dino. 6. Plopperdeplop. 7. Waar zijn mijn dochters?? 8. Geen paparazzi aub! 9. Vikingen, opgepast! 10. Besties. 11. Ze vlogen met een zucht.
Amen!
Sinds een tijdje houd ik me ook bezig met mijn stamboom. Daar zijn nog veel verhalen te halen, al dan niet te bloggen…
Eén tak van de hele grote stamboom
Ps. Ik heb mijn Woordenrijk onlangs nog eens opgewarmd. Soms rijmt het, soms niet…
Waar zijn de jaren de mooie jaren
waarbij je bloemen droeg in je hart
Waar is de liefde mijn zoete liefde
om ons te verwarmen bij koude
Het zijn niet mijn woorden, het zijn de woorden van het refrein in een Grieks lied, gezongen door Giorgos Dalaras, muziek van Stavros Kouyioumtzis en tekst door Akos Daskalopoulos. (wie geïntereseerd is, kan wel goede informatie vinden bij bijvoorbeeld Skopos.be) . Het is een lied dat gisteren (3 maart 2023) door Giorgos Dalaras gebracht werd. Eén van de hele vele , in het Luxortheater in Rotterdam.
Waar zijn de jaren?
Er waren toch wel flashbacks naar al die jaren van concerten, de ene ontdekking na de andere, de ontmoetingen; het begin van een niet te stuiten liefde voor dat land, haar taal en haar liederen, die vol verhalen zitten. Doorheen onze jaren gebeurt er toch wel wat; in de wereld, in ons land, in dat mooie land, in onze families, bij vrienden, in ons eigen lichaam, in de lichamen van onze naasten …
G. Dalaras is mijn allereerste Grieks muzikale ontdekking. In elk lied vond en vind ik nog steeds een stukje geschiedenis, een stukje cultuur, een stukje manier van leven, een kracht, een zijn waardoor ik weer overspoeld raak, in een trechter getrokken en aan de andere kant land in mijn andere thuis.
Bloemen in het hart
Het was ook een memorabele dag om meer dan de vele flashbacks; een meer dan anders aanwezige herinnering aan mijn moeder. Ze stierf in 2006 op 26 februari, een zondag, werd begraven op 3 maart, een vrijdag, dag op dag, zeventien jaar geleden. Haar doopnaam was Wilhelmina. We liepen over het Wilhelminaplein, gisteren in Rotterdam, vóór het concert.
Wilhelminaplein
Zij was, telkens ze bij mij thuis kwam, net zo aangenaam verrast bij het horen van Griekse muziek, als ik de allereerste keer dat ik Dalaras hoorde. In het restaurant waar we vooraf lekker gegeten hadden, kregen we nog een pepermuntje, individueel verpakt met opschrift Wilhelmina. Haar naam is een ander verhaal, ze werd overigens met haar roepnaam genoemd (niet gissen aub), maar het deed me wel heel aanwezig aan haar denken, alsof ze er een beetje bij was.
Om ons te verwarmen in de koude
Letterlijk! We waren veel buiten aan het wandelen. Deze vooraf-uren waren en zijn nog steeds mooie tijden, we rekken alleen de trechter wat op en koesteren er enkele herinneringen bij. Zoals de ontmoeting met de organisator, de ondernemingszin van de ‘jongeren’, de plagerijtjes, de gesprekken, het verheugen op de komende avond… en verrassend nog een M (u weet wel) tegenkomen. Wat een fijn weerzien!
Het gaat natuurlijk om het concert zelf. Het is weer fijn, de sfeer zit er vanaf de eerste noot in . De muzikanten zijn intussen bekenden voor ons, ook diegenen die er niet bij waren. Na de intro van het orkest en het eerste liedje vroeg G. Dalaras of er iemand was die Nederlands/Grieks tweetalig was. Zo was er iemand. Die man kwam op het podium en vertaalde wat G. Dalaras in het Grieks zei. Kort samengevat dat het weer warm voelt om na al die jaren nog zo onthaald te worden. Hij had het ook over het treinongeluk in het noorden van Griekenland van 1 maart. Hij zei dat ‘we in Griekenland altijd muziek maken, bij vreugde én bij pijn’. Toen vroeg hij om een minuut stilte voor de slachtoffers. Als één man stond iedereen recht en boog het hoofd. Dit was de eerste keer dat ik zelfs niemand hoorde hoesten!
Daarna was het een wervelend optreden van bijna alle liederen die we kenden. Meer en meer laat ik het filmen en foto’s maken achterwege, bijna toch… Het bijhouden van de liedjes die gezongen worden en hun volgorde, zoals in vroegere jaren om vooral alles te kunnen opzoeken en/of verslag uit te brengen, doe ik niet meer. Dat voelde toen goed. Zonder word ik helemaal in het concert gezogen! Warm.
Waar zijn de jaren?
Ze komen soms een beetje terug; ontdekkingen van ons nog onbekende muzikanten.
De bassist Petros Varthakouris
De ‘jongeren’ zijn ons voor. Ze raken backstage met hun LP’s en glunderen met hun gesigneerde exemplaren achteraf. Ik voelde weer wat ik zelf vroeger voelde bij elke ontmoeting. In bewondering ook voor G. Dalaras zelf die er heel kalm en attent bij blijft staan en luistert. Dat hoorde ik toch achteraf.
Helemaal verwarmd weer thuis en klaarwakker aan die kant van de trechter zag ik bijna het ochtendgloren voor ik sliep. Geen reden tot nadenken hoe mijn leven er zou uitzien met een andere ontdekking toen in de tijd.
Mijn roots en mijn andere thuis; ik ben genoeg zo.
AMK 04/03/2023
Mindere kwaliteit van de foto, niét van G. Dalaras
(Los – vast vertelseltjes… of van de hak op de tak)
Is de wereld om zeep?
Ik weet het niet maar het staat wel te gebeuren, over vijf miljard jaar. Dat weet ik uit een documentaire over het ontstaan van alles en dat alles weer zal verdwijnen. Iets met helium, water, zuurstof; wetenschappelijk dus. Zolang het universum er nog is, kunnen we gerust zijn.
Zolang het universum er nog is, voel ik beweging; planeten van ons en menig ander heelal, de wezens en andere natuurfenomenen die het bevolken nog vijf miljard jaren… *
Intussen in dit jaar, in dit leven,
Ik heb zo mijn meditatieve momenten, zoals ik gisteren aanhaalde in Mijn*Woordenrijk.
Of, zoals een maandje geleden, een boek lezen in de trein. Waar zou je anders zijn in kunnen zijn, het voorbijglijdend landschap buiten beschouwing gelaten? Ik was in Ierland, in die trein tussen Antwerpen en Gent en later omgekeerd. Er was even niets anders. Af en toe, heel vaag drong een éénrichtingsgesprek tot me door. Een andere reiziger, blijkbaar verbolgen over het feit dat de trein wegens werken op de lijn, een omweg maakte. “Allez, ’t is altijd hetzelfde hé.” Draagbare telefoons kunnen veel verdragen.
Treinsgewijs naar Oost-Vlaanderen waar er andere, iets drukkere, momenten waren. De verjaardag van de nu Tiener geworden. Zij die op een dag Nina Derwael zal verslaan al zegt ze zelf “Maar nee!” en dan lacht ze eens. Die andere hier-en-nu momenten in gesprekken, in lachen, Fl. op mijn schoot terwijl ze uit mijn glas drinkt. Haar flesje is niet groot genoeg. Het buiten zitten, in een heuse tuin, de joelende kinderen, de pakjes opendoen, dat blije gezicht, het wemelde van de hier-en-nu momenten.
Ik heb ook in mijn verleden gezeten. Dat begon met de jarige Tiener en haar betovergrootmoeder (langs mijn moeders kant), die op dezelfde dag geboren zijn. Dat wist mijn vader wist te vertellen. Als zit er meer dan een eeuw tussen. Een rinkelend belletje spoorde me aan in oude foto’s en de stamboom te kijken, voor zover ik die nu heb. De vrouwelijke lijnen van stambomen, die blijken toch moeilijker te vinden … Is dit een wordt-nog-vervolgd-verhaal?
Vannacht werd ik plots klaarwakker. Het was zo licht in de kamer dat ik dacht dat ik me zwaar verslapen had. De wekker vertelde iets anders. De bron van licht vond ik buiten. De Volle Maan scheen nog volop, doorheen twee laagjes gordijn.
Ziet u wel? Het universum leidt je niet om de tuin. (al zal dat in deze buurt enkel een stadstuintje zijn bij deze of andere buur)
Ik heb ook nog een vraag, weet iemand van wie dit schilderij is? Ik vond het, geloof of niet, in de Kringloopwinkel. Via google vond ik nog niemand…
* Ik doe niet aan wetenschappelijke research. U raadpleegt best echte wetenschappelijke artikels, documentaires etc indien u de correctheid zoekt.
Het was niet eens een experiment, niet eens een test om te kijken hoe mensen zouden reageren toen ik over zoiets als Mie-dag vertelde. Evenmin was het een zielige schreeuw, noch een stoere zet. Het enige wat het was, was dat het voor mij belangrijk was. En zo gebeurde. Zoals het liedje (dat u zelf het best vindt passen).
Intussen nam ik het afkickende besluit om even uit Facebook te verdwijnen. Enkel Instagram en Twitter en mijn blogs zijn mijn ramen naar de wereld. Misschien dat er daar ook nog iets van verdwijnt. Liever dat dan ikzelf verdwijn in de massa aandachttrekkers die we allen aan het worden zijn.
Intussen is het weer vandaag. Vandaag denk ik een beetje aan Lucia. Met haar was ik in mijn jongvolwassen jaren bevriend. Ze was in vele dingen een tegenpool van mij. Heel vooruitziend, steeds tot in de puntjes verzorgd, zeer geïnteresseerd in geschiedenis, actualiteit en kunst. Ze reisde graag in een beetje luxe. En ik was daar een aantal jaren getuige van. We konden elkaar een hele tijd goed verdragen. Ook toen onze wegen zich meer en meer scheidden. Zij de meer gesofisticeerde weg op en ik mijn – niet losbandige – maar we zien wel wat er gebeurt leven, liefst zonder te veel gedoe (maar toch geen grote waaghals geworden … ). Het belette ons niet om twee keer samen te reizen (Kreta en Athene).
Naarmate de jaren daarna verstreken, schreven we elkaar nog wel kaartjes bij verjaardagen en feestdagen. Het was zoals het was.
Op een ochtend, ik woonde toen pas in Hasselt en kocht elke ochtend de krant die ik op mijn Limburgse gemakje las bij een tas koffie (of vier), zag ik op de voorpagina een bericht over een zwaar ongeluk. Moeder en dochter zijn omgekomen bij een aanrijding. Hun wagen stond stil achter een andere auto die wachtte om een straat in te slaan. Op dat moment werden ze achteraan aangereden en wel zo hevig dat hun auto van de weg slingerde in 90°, keihard tegen een huis aan, waarvan een stuk muur eruit viel. Moeder en dochter haalden het niet. Ik las verder, het ging over L. J. en haar moeder.
Maar Lucia toch! was mijn eerste gedachte.
Ik weet nog dat ik opvloog en de telefoon nam en wilde bellen om te vragen wat heb je in hemelsnaam nu toch gedaan! Maar dat ging natuurlijk niet. Het overlijdensbericht stond ook al in de krant. Ze was net geen 34 jaar. Het gebeurde toen in de maand mei. Op 25 juli was haar verjaardag. Het is nu vijfentwintig jaar geleden. Af en toe denk ik er nog aan, zoals vandaag.
Op een keer, zeven jaar na dat ongeluk, toen ik met de trein onderweg was naar mijn Argentijnse vriend (hier*schreef*ik*er*al*over), was ik met een schrijverijtje (zoals ik het toen zelf noemde) bezig, dat resulteerde in een veel te lang gedicht (dat ik nog op mijn andere blog zet). Mijmeringen heb ik het toen genoemd. Een van mijn betere eigenschappen, dat mijmeren 😉
Foto’s zijn express een beetje onduidelijk gemaakt.
Het begon in juni 2018 bloggend wegen bewandeld veel geleerd en gezien
Die bewandelde weg loopt wat dood en ik zeg:
Voor uw zijn, dank u wel mijn pad leidt me elders waarover ik u later vertel!
Ik neem even of langer blog time-out en stap waar het maanlicht op schijnt 😉 Wordt hier of elders vervolgd. U bent een fijn publiek, waarvoor mijn Grote Dank! Tot ziens!
Geen ekster, raaf of duif bij wie ik meevlieg. Wel enkele wirwar wel- en niet gebeurtenissen die me bijbleven.
Het – zoveel mogelijk – schermvrij leven
Dat lukt aardig. Ik noem het in ontwikkeling. E-mails die belangrijk genoeg zijn, laat ik samenkomen en daar zet ik me dan een of twee keer per week aan en dan schrijf ik ook. Verder gaat het meest dringende toch via die slimme foon, pen en papier of gewoon niet. Dringend zit soms gewoon maar in mijn hoofd opgesloten. Al zal een Zoompje mijn laptop nog in beweging kunnen zetten.
Schrijven
Halve dingen, overmatig veel dingen, allerlei dingen… die vooral met wedstrijden te maken hebben. Het Bankje heb ik (net) niet gewonnen. Ik zat in de tweede ronde en daar ben ik gebleven. Toch een vooruitgang met vorig jaar, toen ik in de eerste al afviel. Ter verduidelijking: ‘Bankje zoekt dialoog’ is de naam van de wedstrijd. De winnaars (twintig in totaal) krijgen een soort contract waarbij hun dialoog in een podcast wordt gegoten door professionele acteurs. Die podcast kan de vinder/wandelaar scannen via een QR-code op een Bankje her en der in het land gedurende de zomermaanden (juli-augustus-september). HIER kan u nog de Bankjesdialogen van de vorige jaren beluisteren. Ik ontdekte het toevallig, op zoek naar een datum voor de komende podcasts.
Het vege lijf voor en na 25 maart
Net op de dag van de herdenking van Verzet tegen de Turkse bezetting, een officiële feestdag in Griekenland, net op de dag van mijn zesjarig bestaan in mijn huidige woonst en op de verjaardag van ‘de tweeling’, straffe madammen, ga ik weer een dagje in immuuntherapie. Zo’n dagen zijn op zich vermoeiend maar de zevenenhalf dagen erna nog meer. Toch liet ik niets voorbij gaan van de dingen die mijn agenda opvrolijkten. Andere dingen stonden er in die week niet in. Joepie! Ondanks de vermoeidheid en die ene dag in bed met migraine, had ik niets willen missen.
Wat was dat dan allemaal?
Verjaardagsfeestje
… van R., zeven jaar is ze nu. Nog altijd even puur kind en dat ze lang zo mag blijven. Wat was het wel heerlijk fris aan het begin van het feestje. Nu het weer mocht van de c-regels, zaten we buiten met gasten en gastjes. Al zaten die gastjes niet vaak en zeker niet lang stil. De zon brak door en even later werd het zelfs warm.
de taart is nu op…
Puur natuurlijk. Ook puur gezellig, rustig aan, gekeuvel en gemengd gezelschap tot bij de buren aldaar toe. Ik ben met een strakblauwe hemel weer vertrokken…
Zomeruur
Een heuse M-dag
Eindelijk lukte het nog eens, allemaal tezamen, de Vijf M’s. Met een concert in het verschiet (zoekt u maar lekker zelf op, ik weet het en dat is genoeg voor nu 😉) hadden we wel wat te bespreken. Net voor onze benjamina-M weer op avontuur vertrekt, waarin ze drie seizoenen overbrugt, viel er veel te luisteren. Natuurlijk was de lange afwezigheid in elkaars fysieke leven ook een hele boterham om over te vertellen. Al zal mijn lijf het wel geweten hebben, ik had het niet willen missen! De volgende keer ga ik een stapje verder en ga ik toch weer koken.
Hoezo?
Net de week voor mijn immuuntherapie kreeg ik mijn vierde vaccin. Ik had er alle vertrouwen in; het tweede en derde prikje was goed verlopen, zonder gevolgen. De eerste was al lang vergeten. Deze vierde zou ik me anders wel nog heugen. Bijna een week zat ik met griepsymptomen slash covid(?). Zelftests vertelden me negatieve dingen. Ongerust was ik dus niet, wel ongeduldig. Nood breekt zelfopgelegde wet. Verdronken in een boek en nog een boek liet ik de boel zoals die toen was. Ik had niet gekookt. Een tramrit naar het centrum, beetje wandelen én benen onder de tafel bij de Griekse taverne kon gelukkig ook.
Incognito…
Vorige zaterdag
Er was de – heel interessante – wandeling die door een lotgenoot georganiseerd werd in Nieuwenhoven, Sint-Truiden. Om toch eens fysieke ontmoetingen te hebben, had Melanoompunt het idee om wandelingen her en der te organiseren. Wie wilde, kon zich aansluiten bij een van die wandelingen. Deze keer kon ik mee en mocht meerijden met twee mensen, ook wonende in Antwerpen. Verslag volgt in de volgende editie van Melanoompuntjes. Ook de gesprekken waren interessant en de volgende dag ging ik op zoek…. (wie weet, later meer hierover, eerst zelf nog wat uitpluizen).
‘Niet alles wat ik niet vertel is oninteressant.’
Nu laat ik u los zonder alles aan de grote klok gehangen, die is nu zwaar genoeg… Hier en daar (fysiek, mentaal, geografisch, …) ga ik weer op pad. ..
Bedankt om me weer te lezen. Het ga u allen goed 🙂
Het was op een mooie zomerdag in Maastricht. Ik herinner me niet eens meer welk jaar. Ik herinner me zelfs niet meer of het na een vakantie in Kreta was of na een concert van … hém. Wat ik wel nog weet, is dat onze gedachten er vol van zaten. We liepen ervan over, we ademden het!
De naweeën van een ontmoeting met Michalis Tzouganakis.
Daar op die mooie zomerdag in Maastricht zaten we, de M en ik. We wisten ongeveer wat we wilden bestellen. Al wachtend op de ober die dat zou noteren, praatten we over de dingen die we meegemaakt hadden.
Nu ik erover schrijf, zou het kunnen, dat het nog op til was en we dus nogal halsreikend uitkeken naar het te gebeuren?
Helemaal verwikkeld in ons gesprek, in onze al dan nog niet beleefde avonturen, op plaatsen die helemaal niet op Maastricht leken – al vind ik het een heel fijne aangename stad – keek ik een beetje dwaas op, toen de ober toch onze bestelling kwam opnemen.
We bestelden – het was op een terras van een Griekse taverne – we somden op, van alles een portie, die we dan later delen zouden. Geen Griek die daarvan opkijkt. Omdat ik het zo lekker vond (nog steeds) en omdat het op de kaart stond, bestelde ik een ‘Feta Tzouganaki’. Die jongeman schreef dat gewoon op. Terwijl we wachtten op het eten, moesten we er om lachen. Hij keek niet eens op, die ober. Zou hij dat vaker horen, gerechten die niet op de kaart staan? Er stond natuurlijk niet Tzouganaki, maar saganaki. Het leek me een heel smakelijke lapsus. Al heb ik in die eerste nooit mijn tanden gezet. 😉
ontbijt misschien 😉 (na het concert)zou het een mantinade worden?
Sommige gebeurtenissen laten me even stilstaan bij het leven. Het is dan alsof ik even gekatapulteerd word naar een tijd van toen. Nu is er niet zoveel nodig om me mijn moeder te herinneren. Ze komt dagelijks wel eens even langs. Bij iets dat ik doe, iets dat ik me afvraag, iets dat iemand anders zegt, even een flits en een lach of stiltemoment.
Gisteren ging het wat verder. Zoals al herhaaldelijk gemeld – wanneer een grote bekende persoonlijkheid sterft, kan men er niet meer langs kijken – is afgelopen week Mikis Theodorakis gestorven. Ik las het eerst online, een melding van een tv-zender en later zag ik het in het middagjournaal. Toen ik gisteren mijn mailbox opende, zag ik er een blogpost Vaarwel*Mikidoor Bruno Tersago.
Het greep me. Ik stond voor een ogenblik terug in de tijd, in mijn woonst in Hasselt, had net de CD 100*jaar*cinema opgezet toen mijn moeder aanbelde. Ze kwam binnen en in haar ogen straalde direct zonnelicht. “Amaai, wat hebt gij schone muziek opstaan!” Het voelde alsof ik een blij geheim deelde dat niemand anders begreep. Het was niet eens zo bedoeld, ik had dit toevallig opgezet. Ik had haar wel uitgelegd over welke muziek het ging. Ze lachte eens. Ze hoefde het niet te weten, denk ik. Het beluisteren en ervan genieten was genoeg. Heel puur! Het ging over de OUVERTURE van die CD. Het is waar, het hoeft niet uitgelegd, voelen is genoeg. Luister ook maar naar de gecoverde versies van tal van liederen, die hij componeerde of de verschillende uitvoeringen in het Grieks, dan hoor je altijd wel wat bekends. Dat zal mijn moeder ook gehoord hebben, samen hebben we het gevoeld, aan het benoemen was geen nood.
Beiden puur zot van de zee. Telkens ik kon, ging ik mee.